ACF Fiorentina
ACF Fiorentina
La Viola, zoals de voetbalclub van Firenze gewoonlijk genoemd wordt, heet eigenlijk voluit “Associazione Calcio Firenze Fiorentina SpA” en is gesticht in september 1926 als een fusieclub van Club Sportivo Firenze (°1908) en Palestra Ginnastica Libertas (°1910). Reeds in 1898, het jaar dat de Italiaanse Voetbalfederatie werd opgericht, was er in Firenze al een Florence Football Club actief, die zoals dat toen in vele Europese steden het geval was, gesticht was door Engelse immigranten. Daarna volgden enkele jonge Florentijnen hun voorbeeld.
CS Firenze en PG Libertas speelden respectievelijk in een rode en een witte uitrusting, zodat AC Fiorentina aanvankelijk de 2 kleuren combineerde en er de Florentijnse lelie (de giglio) aan toevoegde (de spelers werden toen nog de gigliati genoemd). De stichter van de nieuwe club was markies Luigi Ridolfi, ondernemer en fascistisch politicus. Naar aanleiding van een vriendschappelijke match in 1928 tegen het Hongaarse Ujpest Dozsa (dat in het paars en wit speelde) besloot de voorzitter om voortaan in het paars te spelen.
Op 22 september 1929 trad de club voor het eerst aan in de nieuwe kleuren en van toen af werd de club la Viola genoemd. In het seizoen 1931/32 speelde de Florentijnse club voor het eerst in de Serie A (de 1ste klasse van het Italiaanse voetbal) die opgestart was in het seizoen 1929/30 met 18 clubs.
In datzelfde 1931 kreeg de club ook de beschikking over het nieuwe stadion dat, volledig op kosten van voorzitter Ridolfi, gebouwd was door de bekende architect Pier Luigi Nervi en dat als grondplan een hoofdletter D had, verwijzend naar il Duce, Benito Mussolini. Het stadion werd aanvankelijk genoemd naar de in 1921 door de communisten vermoorde fascistische militant Giovanni Berta, maar daarna werd het gewoon het Stadio Comunale en in 1991 kreeg het de naam van de Siënese voorzitter van de Italiaanse voetbalbond Artemio Franchi. Het stadion (aan het Campo di Marte) heeft een huidige capaciteit van bijna 44.000 plaatsen. De hevigste tifosi zijn nog altijd te vinden in de Curva Fiesole en uit hun kelen klinkt nog steeds het clublied La Canzone Viola waarvan in 1931 de oorspronkelijke versie geschreven werd door Marcello Manni.
Fiorentina begon meer en meer te wedijveren met de rijke en grote clubs uit Turijn, Milaan en Rome en slaagde er in om in 1939/40 de Italiaanse beker (la Coppa Italia) te winnen. In totaal heeft de club tot nu toe 6 maal de beker veroverd, maar de laatste dateert spijtig genoeg al van in 2001.
In de jaren 50 werd de ploeg steeds sterker en in het seizoen 1955/56 werd voor het eerst lo scudetto (het Italiaans kampioenschap) gewonnen. Dat gebeurde nog een 2de keer in 1968/69.
In het volgende decennium won de club, die gebouwd was rond Giancarlo Antognoni, in 1974/75 de beker voor de 4de maal. Antognoni kreeg in de jaren 80 versterking van spelers als Claudio Gentile, Daniel Passarella en Giuseppe Iachini (de huidige trainer).
In 1985 werd supertalent Roberto Baggio (zie afbeelding) aangekocht van Vicenza.
Wat de Europese competitie betreft is Fiorentina één van de weinige ploegen die zich voor de 3 finales van de Europese bekers heeft kunnen plaatsen. In de finale van Europa Cup 1 (nu de Champions League) van 1957 werd er verloren van het grote Real Madrid van Di Stefano, maar in 1961 was er winst tegen Glasgow Rangers in de Beker der bekerwinnaars (nu de Uefa Cup). Het volgende jaar ging de finale van dezelfde competitie verloren tegen Atletico Madrid. Toen la Viola in 1990 in de finale van de Uefa Cup het onderspit moest delven tegen Juventus Turijn (volgens de Florentijnse fans volledig ten onrechte omdat zij hun thuiswedstrijd moesten spelen in Avellino), werd de rivaliteit tussen de 2 clubs, die al dateerde van in de jaren 50 ten top gedreven. Voorzitter Flavio Pontello had immers, uitgerekend op de dag van de finale, Fiorentina’s grote ster Roberto Baggio verkocht aan Juventus. Er braken relletjes uit in de straten en Pontello mocht vertrekken. Sindsdien is de vijandschap tussen beide clubs alleen maar toegenomen en wordt een overwinning tegen Juventus in Firenze gevierd als het behalen van een titel
Pontello werd opgevolgd door Mario Cecchi Gori (de filmproducent) die in de jaren 90 zorgde voor de aankoop van topspelers als Brian Laudrup, Steffen Effenberg, Francesco Baiano, Rui Costa en Gabriel Battistuta (zie afbeelding). Toen Mario Cecchi Gori stierf in 1993 werd hij als voorzitter opgevolgd door zijn zoon Vittorio, maar die slaagde er in om de ploeg (met al die topspelers!) te laten degraderen naar de Serie B (de 2de klasse).
Het volgende seizoen keerde la Viola echter terug naar de Serie A en begon onder trainer Claudio Ranieri aan een heropstanding. Na de bekerwinst in het seizoen 1995/96 werd in 1996 ook de supercoppa binnen gehaald tegen AC Milan in hun eigen San Siro.
De 21ste eeuw begon voor de club niet bijzonder gunstig, want Gabriel Battistuta, die gezworen had om Fiorentina nooit te verlaten, ruilde in 2000/2001 het paarse shirt voor het rood-gele van A.S Roma (dat toen mede dankzij zijn transfer kampioen van Italië werd).
In de zomer van 2002 werd de club failliet verklaard en verloor zelfs de rechten op de naam Fiorentina. Op sportief vlak werd er dan in september gestart in C2 (4de klasse) onder de naam Florentia Viola. Met de nieuwe voorzitter Diego Della Valle (de CEO van TOD’s schoenen) begon men aan de terugkeer: o.a. dank zij de uitbreiding van de Serie B had la Viola in 2 jaar tijd haar plaats terug verworven in de Serie A. Ondertussen waren ook de rechten op de naam Fiorentina teruggekocht en in 2003/4 werd er opnieuw gespeeld onder de oude naam; in de officiële benaming werd na de AC de F van Florentia Viola ingelast.
Ten gevolge van het grote omkoopschandaal werd op 14 juli 2006 de club teruggezet naar de Serie B met 12 punten in mindering. Na het aantekenen van hoger beroep mocht Fiorentina in eerste blijven, maar begon aan het seizoen 2006/7 met 15 punten achterstand. Desondanks kon de ploeg (met spelers als Luca Toni, Adrian Mutu en Riccardo Montolivo) zich door een 6de plaats onder leiding van Cesare Prandelli plaatsen voor de Europa League. In 2007/8 behaalde la Viola een 4de plaats in de Italiaanse competitie en werd het pas in de halve finales van de Europa League uitgeschakeld door Glasgow Rangers (dat revanche nam voor 1961). Het seizoen was echter al gered want op 2 maart 2008 gingen de Florentijnen winnen in Turijn en klopten Juventus met 2-3.
Tussen 2010 en 2016 was la Viola een vaste klant in de Europese competities, zonder evenwel hoge toppen te scheren. In de 8ste finales van de Europa League werd Fiorentina in 2014 weer uitgeschakeld door aartsvijand Juventus, die nochtans op 20 oktober 2013 in de nationale competitie was verslagen met 4-2 in een legendarische wedstijd nadat de Torinezen op een 0-2 voorsprong waren gekomen. De laatste zege tegen de bianconeri uit Turijn dateert voorlopig van 15/1/2017.
Ondanks verscheidene trainerswissels lieten de resultaten sindsdien op zich wachten: sedert 2016/17 is er ook geen Europees voetbal meer afgedwongen.
Slechts 3 landgenoten hebben voor Fiorentina gespeeld: Luis Oliveira deed dat van 1996/97 tot 1999/2000, Anthony Vanden Borre speelde in 2007 amper 2 wedstrijden voor la Viola en Kevin Mirallas hield het 1 seizoen vol in 2018/19.
De Florentijnse club kwam op 4 maart 2018 op trieste wijze in het nieuws toen kapitein Davide Astorri in zijn slaap was overleden. In juni 2019 verkocht Della Valle de club aan de Italo-Amerikaan Rocco Commisso, de CEO van het kabelbedrijf Mediacom, die hoopt la Viola opnieuw op de rails te krijgen.
Er is nog steeds sprake van een nieuw stadion, maar dat zal ook afwachten worden…
Ondertussen blijft het....Forza Fiorentina !!! Alè Viola !!!
JVL
ACF Fiorentina
Florence’s football team, the "Associazione Calcio Firenze Fiorentina SpA" with the nickname la Viola was founded in September 1926 as a fusion club of Club Sportivo Firenze (°1908) and Palestra Ginnastica Libertas (°1910). In 1898, the year the Italian Football Federation was founded, there was already a Florence Football Club active in Florence, which, as was the case in many European cities at the time, was founded by English immigrants. Then some young Florentines followed their example.
CS Firenze played in a red and PG Libertas in a white outfit, so AC Fiorentina initially combined the 2 colours and added the Florentine lily (the giglio) on their shirt. The players were then called the gigliati. The founder of the new club was Marquis Luigi Ridolfi, entrepreneur and fascist politician. After a friendly game in 1928 against the Hungarian club Ujpest Dozsa (who played in purple and white) the president decided that his team would also play in purple from now on.
On September 22, 1929, the players appeared for the first time in their new colours and from then on the club was called la Viola. In the 1931/32 season, the Florentine club started to play as one of the 18 clubs in Serie A (the first division of Italian football that was founded 2 years earlier).
In that same 1931, the club was also given access to the new stadium, which was built entirely at the expense of Chairman Ridolfi by the well-known architect Pier Luigi Nervi and which had a capital D as a ground plan, referring to il Duce, Benito Mussolini. The stadium was initially named after fascist militant Giovanni Berta, who was murdered by the Communists in 1921, but then it became the Stadio Comunale and in 1991 it was named after the Siënese president of the Italian Football Association Artemio Franchi. The stadium (at the Campo di Marte) has a current capacity of almost 44,000 places. The fiercest tifosi can still be found in the Curva Fiesole and from their throats still blares the club anthem La Canzone Viola of which the original version was written by Marcello Manni in 1931.
Fiorentina began to compete more and more with the rich and big clubs from Turin, Milan and Rome and managed to win the Italian cup (la Coppa Italia) in 1939/40. In total, the club has won the cup 6 times so far, but unfortunately the latter dates back to 2001.
In the 1950s the team grew stronger and in the 1955/56 season lo scudetto (the Italian championship) was won for the first time. In 1968/69 la Viola became champions for the 2nd time.
In the next decade, the club, which was built around Giancarlo Antognoni, won the cup for the 4th time in 1974/75. Antognoni received reinforcements in the 1980s from players such as Claudio Gentile, Daniel Passarella and Giuseppe Iachini (the current coach) and in 1985 the club acquired super-talent Roberto Baggio from Vicenza.
As far as European competition is concerned, Fiorentina is one of the few teams to qualify for the three finals of the European Cups. In 1957 the final of European Cup 1 (now the Champions League), was lost to mighty Real Madrid with Di Stefano, but in 1961 there was a win against Glasgow Rangers in the Cup of Cup winners (now the Uefa Cup). The following year, the final of the same league was lost against Atletico Madrid. When la Viola was beaten by Juventus Turin in the 1990 Uefa Cup final (according to Florentine fans completely unjustified because they had to play their home game in Avellino), the rivalry between the two clubs, which was already dating from the 1950s, was driven to a climax. Because on top of all that President Flavio Pontello had, on the day of the final, sold Fiorentina's big star Roberto Baggio to Juventus. Riots broke out in the streets and Pontello was forced to leave. Since then, the enmity between the two clubs has only increased and a victory against Juventus is celebrated in Florence as winning a title.
Pontello was succeeded by Mario Cecchi Gori (the film producer) who in the 1990s could realize the purchase of top players such as Brian Laudrup, Steffen Effenberg, Francesco Baiano, Rui Costa and Gabriel Battistuta. When Mario Cecchi Gori died in 1993, he was succeeded as chairman by his son Vittorio, who could not prevent the relegation of the team (with all those top players!) to Serie B (the 2nd division).
However the following season la Viola returned to Serie A and with coach Claudio Ranieri began the revival. After winning the cup in the 1995/96 season, the supercoppa followed in August 1996 when AC Milan was beaten in their own San Siro stadium.
The 21st century did not start particularly favourably for the club, when Gabriel Battistuta, who had vowed never to leave Fiorentina, swapped at the start of the season 2000/2001 his purple shirt for the red-yellow outfit of A.S Roma (who became champions in 2001 thanks to his presence).
In the summer of 2002 the club was declared bankrupt and even lost the rights to the name Fiorentina. On a sporting level, the club had to start the season in C2 (4th division ) as Florentia Viola.
With the new president Diego Della Valle (TOD’s shoe manufacturer) the return could begin: thanks to the expansion of Serie B, la Viola had regained its place in the 1st division in only 2 years. Meanwhile, the rights to the name Fiorentina were bought back and in 2003/4 the club could play with their old name. In the official name, the F of Florentia Viola was inserted after the AC.
As a result of the great Italian football bribery scandal, on July 14, 2006 the club was relegated to Serie B and with a deduction of 12 points. After a successful appeal, Fiorentina could stay in the first division, but had to start the 2006/7 season with a backlog of 15 points. Nevertheless, the team (with players such as Luca Toni, Adrian Mutu and Riccardo Montolivo) was able to qualify for the Europa League thanks to a 6th place in the championship. In 2007/8, la Viola came in 4th in the Italian league and was only eliminated in the Europa League semi-finals by Glasgow Rangers (taking revenge for 1961). However, the season had already been saved because on March 2, 2008 the Florentines went on to win in Turin and beat Juventus 2-3.
Between 2010 and 2016, la Viola was a regular in the European leagues, without reaching high peaks. In the 8th finals of the Europa League, Fiorentina were eliminated again in 2014 by Juventus. But the Florentines could comfort themselves with the legendary victory in the national league against the enemy from Turin on October 20, 2013 when Fiorentina won the game with 4-2 after Juventus had taken a 0-2 lead. The last win against the bianconeri from Turin dates back to 15/1/2017.
Despite several new coaches, the results have deteriorated during the last years: since 2016/17 the club did not qualify for European football.
Only 3 Belgians have played for la Fiorentina: Luis Oliveira did so from 1996/97 to 1999/2000, Anthony Vanden Borre played barely 2 games for la Viola in 2007 and Kevin Mirallas lasted only 1 season in 2018/19.
The Florentine club came in the news on March 4, 2018 in a sad way when captain Davide Astorri died in his sleep. In June 2019, chairman Della Valle sold the club to the Italo-American Rocco Commisso, the CEO of the cable company Mediacom, who is hoping to get La Viola back on track again.
There is still talk of a new stadium, but that will also be a wait and see...
But in the meantime...Forza Fiorentina !!! Alè Viola !!!
Il miracolo del 20/10/2013: Fiorentina – Juventus 4 -2
Voor bewegende beelden: → Fiorentina Juventus 20 Ottobre 2013 (Youtube)
Voor het clublied: → clublied fiorentina (anthem)