Het mysterie van Simone Martini‘s Guidoriccio da Fogliano
Het mysterie van Simone Martini‘s Guidoriccio da Fogliano
1. Een beroemd fresco van een eenzame condottiere in oorlogsgebied:
In de Sala del Mappamondo van het Palazzo Pubblico in Siena is, behalve Simone Martini’s schitterende Maesta (Maria met Heiligen) uit 1315 op de oostelijke muur, bovenaan de tegenover liggende westelijke muur van de zaal ook een beroemd fresco te zien dat aan dezelfde kunstenaar wordt toegeschreven en bekend staat als Guidoriccio da Fogliano a l’ assedio di Montemassi.
Een fraai uitgedoste condottiere rijdt in de richting van een stadje (links op het fresco) . Dat stadje moet dan Montemassi in de Maremma zijn en Guidoriccio di Niccolò da Fogliano is de militair die het voor Siena ging veroveren (zie fig.1).
Rechts van Guidoriccio is een battifolle te zien (een bastion of versterkte toren die geconstrueerd werd bij een belegering) met een grote katapult en de Siënese vlag (zwart en wit) in top. Uiterst rechts aan de voet van een heuvel bevindt zich het kamp van de Siënese belegeraars. Onderaan het tafereel is in Romeinse cijfers het jaartal 1328 vermeld (zie ook fig.5).
Guidoriccio da Fogliano was heer van Reggio Emilia en een jaar eerder kapitein van het Siënese leger geworden. Na een beleg van 7 maanden en met een leger van 900 ruiters en 6.000 infanteristen wist hij Castruccio Castracani, de heer van Lucca, te verslaan en het strategisch gelegen Montemassi tot de overgave te dwingen.
2. Twijfels in verband met Martini’s auteurschap
Van dit fresco wordt al jaren gezegd dat het in 1330 geschilderd werd door Simone Martini. Terwijl men hem met zekerheid de Maesta kan toewijzen (hij heeft het werk gesigneerd) wordt er de laatste decennia echter ernstig getwijfeld aan zijn auteurschap van de “Guidoriccio”. Een aantal technische details, de stijl, de eigenaardige aanpak van een oorlogstafereel, enkele historische onjuistheden (zie verder), het niet vermelden van het werk door Vasari in zijn Leven van Simone Martini en het feit dat het om een profaan onderwerp gaat van een kunstenaar die meestal alleen maar religieuze taferelen schilderde, hebben de nodige twijfels doen rijzen.
Maar uit een document van 2 mei 1330 blijkt dat het stadsbestuur van Siena “meester Simone” gevraagd had een fresco te maken in het Palazzo Pubblico met als onderwerp de door Siena veroverde kastelen van Montemassi en Sassoforte. Hij kreeg daarvoor 16 lire en daarna nog eens 22 lire voor het penselen van de kastelen van Arcidosso en Castel del Piano. In het document werd echter niet gesproken over de afbeelding van een ruiter. Dat laatste heeft dan de kunstcritici Mallory en Moran in 1977 doen besluiten dat het landschap met het stadje wellicht wel door Martini geschilderd werd, maar dat de ruiter er later werd aan toegevoegd (1). In totaal was er sprake van 7 kasteelfresco’s, waarvan Martini er 4 gemaakt heeft, maar waarvan het fresco met Guidoriccio volgens hen geen deel van uitmaakt.
3. De oude en de nieuwe Guidoriccio
Een volledig nieuwe kijk op de zaak kwam er toen men tijdens restauratiewerken in 1980 in dezelfde zaal en aan dezelfde muur een ernstig beschadigd fresco had blootgelegd, dat gedeeltelijk overschilderd was door het huidig zichtbare. Aangezien dit vroegere werk eerder beantwoordde aan de stijl van Martini en de inhoud van het geciteerde document indachtig, was het voor de meeste kunsthistorici duidelijk dat dit pas ontdekte, onderliggende fresco de “echte” Guidoriccio da Fogliano bij de verovering van Montemassi moest zijn (zie fig.2). Guidoriccio is de man met het zwaard die besprekingen voert met een 2de persoon (in verband met de overgave?), die eventueel kan geïdentificeerd worden als een lid van de familie Aldobrandeschi.
Voor sommige critici is Duccio di Buoninsegna, de Siënese leermeester van Martini, echter de auteur van dit onderliggend fresco dat dan de overdracht van het kasteel van Giuncarico moet voorstellen en dateert uit 1314. Voor anderen is Pietro Lorenzetti uit Siena de maker van het fresco.
Maar als aangenomen wordt dat dit werk wel degelijk de “echte” Guidoriccio is van de hand van Martini, rijst in de eerste plaats de vraag waarom het fresco overschilderd werd.
Teneinde verwarring te vermijden (en rekening houdend met de chronologie) zal het in 1980 ontdekte fresco het “oude” genoemd worden en is het “nieuwe” datgene dat er over geschilderd is en altijd al aan Martini toegeschreven is.
De 2 fresco’s aan de westkant met de heiligen Victorinus en Ansanus van Giovanni Antonio Bazzi (il Sodoma) zijn er pas in de 16de eeuw aan toegevoegd (zie fig.1). Hij heeft ook nog een aantal andere heiligen in de zaal geschilderd.
Het verdwijnen van het eerste fresco met de “oude Guidoriccio” zou kunnen te maken hebben met het vrij maken van de muur voor de wereldkaart van Lorenzetti (zie verder) of met het feit dat de huurlingenkapitein in 1333 overgelopen was naar de vijand en dus uit de Siënese geschiedenis moest geschrapt worden. Toen hij in 1351 werd terug geroepen en in ere hersteld, heeft hij zijn afbeelding (de “nieuwe Guidoriccio”) wellicht teruggekregen. Dat zou een ondersteuning kunnen zijn voor de theorie dat de ruiter achteraf werd toegevoegd. Maar die toevoeging kan dan niet van de hand van Martini zijn want die was in 1339 naar Avignon getrokken en daar in 1344 gestorven.
Dat het fresco met de “nieuwe Guidoriccio” van latere datum is dan de 1328 die er op vermeld wordt is algemeen aanvaard. Dat jaartal verwijst naar de verovering van het stadje en zal er later bijgeplaatst zijn.
4.Het echte auteurschap?
Wie dan de auteur van het fresco met die “nieuwe Guidoriccio” kan zijn is meteen de volgende vraag.
In de aangrenzende Sala del Consiglio heeft de Siënees Ambrogio Lorenzetti de Allegorie van het Goede en Slechte Bewind op de muren geschilderd in 1338/39. Hij was de jongere broer van Pietro Lorenzetti, heeft samengewerkt met Simone Martini en is één van de weinige kunstenaars die profane thema’s gepenseeld heeft. Net zoals op het fresco met de “nieuwe Guidoriccio” zijn er op zijn fresco’s teksten met uitleg geplaatst. Toch wordt hij nergens genoemd als mogelijk auteur.
Zijn inmiddels verdwenen wereldkaart uit 1345 heeft de naam aan de Sala del Mapamondo gegeven en was er de oorzaak van dat enkele fresco’s moesten plaats ruimen. Dat is ongetwijfeld ook het geval geweest van Martini’s fresco met de “oude Guidoriccio” want de krassen van de ronde kaart zijn nog zichtbaar (zie fig.2).
Soms wordt de naam van Lippo Vanni (een leerling van Simone) vooruit geschoven als potentiële kunstenaar. Hij is de schilder van het grote monochromatisch fresco aan de linkerkant van de noordelijke muur boven de arcaden in de Sala del Mappomondo met de Slag in de Val di Chiana. Die vond plaats in 1363 en is vlak daarna in beeld gebracht (zie fig.3).
Indien het inderdaad een deel van de intonaco (voorbereidende laag) van dit fresco is dat teruggevonden is onder de “nieuwe Guidoriccio” (en tot voorbij de hoek van de noordelijke en westelijke muur van de zaal reikte) moet de “nieuwe Guidoriccio” dus recenter zijn dan 1363/64 en is Lippo’s auteurschap geen optie.
Op de rechter helft van dezelfde noordelijke muur hebben ca. 1480 Francesco d’Andrea en Giovanni Ghini di Cristofano de Slag bij Poggibonsi tussen Siena en Firenze van 1479 geschilderd. Dit fresco is eveneens monochromatisch en imiteert het voorbeeld van Vanni ook qua stijl en compositie, maar dateert dus van meer dan een eeuw later (zie fig. 4)
Het is eerder dat soort afbeeldingen dat men kan verwachten van een oorlogstafereel terwijl een scène met een eenzame ruiter die in galakledij op pad gaat (zoals de “nieuwe Guidoriccio”) niet echt 14de-eeuws was.
Ook van Martini’s schoonbroer en navolger Lippo Memmi, die eveneens in Siena gewerkt heeft wordt gezegd dat hij de auteur van de “nieuwe Guidoriccio” zou kunnen zijn, maar dan moet het fresco dateren van vóór 1356 toen hij is gestorven.
Dat il Sodoma (de man die in 1529 de 2 fresco’s met de Heiligen op de westelijke muur geschilderd heeft) de auteur van de “nieuwe Guidoriccio” zou geweest zijn, waarbij hij dan de stijl van Martini zou gekopieerd hebben, is weinig waarschijnlijk.
5. De nieuwe datering van het fresco:
Een groot deel van de kunstwereld is er tegenwoordig van overtuigd dat de “nieuwe Guidoriccio” van latere datum is dan 1330 en in ieder geval niet door Martini kan geschilderd zijn. Sommige kunstcritici spreken zelfs van een 18de of 19de-eeuws werk, een pastiche (een “nabootsing van een historische stijl) met een huldebetoon aan een condottiere uit de Siënese geschiedenis door een onbekende schilder.
Terwijl er toch nog veel (vooral Italiaanse) auteurs blijven volhouden dat het werk wel degelijk van Simone Martini is, en dus dateert van 1330, is men tegenwoordig van mening dat de creatie van de “nieuwe Guidoriccio” in de 15de eeuw, het Quattrocento, moet gesitueerd worden.
Een belangrijk gegeven in dit verband was de ontdekking in 2010 in een antiquariaat van Palermo van 5 perkamenten met tekeningen die sterk gelijken op de “nieuwe Guidoriccio”. Zij waren gesigneerd in 1442 door Francesco en Domenico d’Andrea en zouden volgens Giulio Torta voorbereidende schetsen van het Siënese fresco zijn en de bewering bevestigen dat het dus kan dateren uit de 15de eeuw. Tegenstanders voeren echter aan dat het even goed 15de-eeuwse kopieën van het reeds bestaande fresco kunnen zijn en zien Francesco d’ Andrea dan ook niet als auteur.
Toch zijn er ook nog andere argumenten om het fresco als 15de-eeuws te bestempelen.
Het coloriet en de grootte van de giornate (de oppervlakte van de op één dag beschilderde muurvlakken was groter in de 15de eeuw) van de “nieuwe Guidoriccio” wijzen in die richting en voor sommige auteurs beantwoordt dit fresco zelfs niet aan de kwaliteiten van Martini.
Behalve de technische elementen zijn er ook de historische details die eerder wijzen op een werk uit het Quattrocento. De fortificaties van de stadjes en de gebruikte wapens (zoals het battifolle) zijn niet 14de-eeuws en het afbeelden van een condottiere te paard (zoals Paolo Uccello’s fresco van Giovanni Accuto in de dom van Firenze) gebeurde pas in de 15de eeuw.
Er moet dus wellicht gezocht worden naar een 15de-eeuwse (Siënese?) frescoschilder, maar dat kunnen er veel zijn. Van Taddeo di Bartolo is bijvoorbeeld bekend dat hij tussen 1406 en 1416 in het Palazzo Pubblico schilderingen heeft uitgevoerd en van hem wordt gezegd dat hij toen ook de Guidoriccio gerestaureerd heeft. Dat zou er dan op wijzen dat het fresco reeds van vóór die tijd bestond, maar het is veel waarschijnlijker dat het hier ging over de restauratie van de “oude Guidoriccio” uit 1330 die door insijpeling beschadigd was geworden.
Misschien is Francesco d’Andrea de auteur van het fresco met de “nieuwe Guidoriccio” want hij heeft in het Palazzo Pubblico gewerkt en van hem zijn de schetsen uit Palermo (zie hoger). Zijn interventie in de Grote Zaal dateert van ca. 1480.
6. Guidoriccio, I presume?
Een volgend probleem is de identificatie van de ruiter want als de “oude Guidoriccio” van 1330 de enige echte is, wie is dan de man die op het nieuwe fresco verschenen is? De meest logische verklaring is dat Guidoriccio 2 maal is afgebeeld; één keer in 1330 door Martini na de verovering van Montemassi en een 2de maal na zijn eerherstel en ridderschap. Dat zou dan kunnen gebeurd zijn door een kunstenaar uit het Quattrocento. Op zijn uitrusting en die van zijn paard is in ieder geval het wapenschild van de da Fogliano’s te herkennen en hij is in het bezit van zijn maarschalksstaf als kapitein van het Siënese leger (zie fig.5
Niet iedereen is echter van oordeel dat de ruiter inderdaad Guidoriccio is. Voor de 18de-eeuwse lokale historicus Girolamo Macchi wordt hier Giovanni d’Azzo degli Ubaldini afgebeeld, een condottiere die voor Siena tegen de Florentijnen gevochten heeft en gestorven is in 1390. Hij ligt begraven in de dom van Siena.
Marco Farmeschi beweert dan weer in een recent boek dat de ruiter Marcus Attilius Regolus is, de Romeinse consul die in 256 v.C de Carthagers wist te verslaan in de slag bij Adys (Tunesië) en die symbool stond voor de Oorlog en de Ridderschap. Maar waarom hij dan het wapenschild van de familie da Fogliano voert is erg vreemd.
Op de cover van de Nederlandse en Engelse vertaling van Niccolò Macchiavelli’s Vita di Castruccio Castracani staat merkwaardig genoeg en erg misleidend Guidoriccio en niet Castracani afgebeeld (zie fig.6). Zoals reeds vermeld was Castracani in 1328 betrokken bij de verdediging van Montemassi en heeft hij tegen Fogliano gevochten, maar waarschijnlijk is het ruiterportret van Guidoriccio hier door de uitgever enkel als voorbeeld van een “typische” condottiere gebruikt
7. Besluit:
Blijkbaar heeft men altijd al het fresco met Guidoriccio da Fogliano all’ assedio di Montemassi verkeerdelijk beschouwd als een werk van Simone Martini. Hij is echter zeer waarschijnlijk de auteur van het onderliggende fresco dat in 1980 ontdekt werd. De kunstenaar die dan het huidige, overlappende fresco geschilderd heeft blijft voorlopig anoniem, maar zou dat wellicht in de 15de eeuw gedaan hebben. De kans is reëel dat het Francesco d’Andrea geweest is, die de schetsen gemaakt heeft voor de “nieuwe Guidoriccio” en in de Sala del Mappamondo gewerkt heeft aan het fresco met de Slag bij Poggibonsi.
Ook wat de identiteit van de condottiere betreft is er geen absolute zekerheid, maar zolang er geen andere naam met de nodige bewijzen naar voor geschoven wordt, blijft hij Guidoriccio da Fogliano.
(1) Beide auteurs hebben met hun beweringen in de jaren 70 een hevige polemiek doen losbarsten.
Zij hebben veel tegenkanting gehad omdat zij een historisch symbool van Siena gingen onderuit halen dat al eeuwen stand hield. Ondertussen zijn er echter steeds meer onderzoekers tot het besluit gekomen dat Simone Martini niet de auteur is van het bewuste fresco in de Sala del Mappamondo. Maar aangezien hij zeer waarschijnlijk het onderliggend fresco geschilderd heeft is er dus toch nog altijd een Guidoriccio van Martini in het Palazzo Pubblico te vinden waar de Siënezen dan even trots op kunnen zijn.
JVL
The mystery of Simone Martini's Guidoriccio da Fogliano
1. A famous fresco depicting a solitary condottiere in a war zone:
In the Sala del Mappamondo of the Palazzo Pubblico in Siena, Simone Martini painted on the east wall his splendid Maesta (Mary with Saints) from 1315. On the opposite west wall, appears the other famous fresco of the room known as Guidoriccio da Fogliano a l'assedio di Montemassi and attributed to the same artist.
It shows a horseman and a small town on a hill (on the left of the fresco). That town must then be Montemassi in the Maremma and the condottiere who conquered it for Siena is supposed to be Guidoriccio da Fogliano (see fig.1).
To the right of Guidoriccio is a battifolle (a bastion or fortified tower constructed during a siege) with a large catapult and the Sienese flag (black and white) at the top. On the far right, at the foot of a hill, is the camp of the Sienese besiegers. At the bottom of the scene is mentioned in Roman numerals the year 1328 (see also fig.4).
Guidoriccio da Fogliano was lord of Reggio Emilia and a year earlier appointed as captain of the Sienese army. After a siege of 7 months and with an army of 900 cavalry and 6,000 infantry, he managed to defeat Castruccio Castracani, the lord of Lucca, and force the strategic town of Montemassi to surrender.
2. Doubts about Martini’s authorship:
For many years this fresco has also been said to have been painted in 1330 by Simone Martini. While one can attribute to him with certainty the Maesta (he signed the work), there have been serious doubts in recent decades about his authorship of the "Guidoriccio". A number of technical details, the style, the peculiar approach to the scene, some historical inaccuracies (see below), the omission of Vasari's work in his Life of Simone Martini and the fact that it is a profane subject by an artist who usually painted only religious scenes, have raised the necessary doubts.
But a document dated May 2, 1330, shows that the city council of Siena had asked "Master Simone" to make a fresco in the Palazzo Pubblico with the castles of Montemassi and Sassoforte, recently conquered by Siena. He received 16 lire and then another 22 lire for painting the castles of Arcidosso and Castel del Piano in addition. However, the document did not mention the image of a horseman. The latter led the art critics Mallory and Moran to conclude in 1977 that the landscape with the town may have been painted by Martini, but that the horseman was added later (1).
In total, there were made 7 castle frescoes, of which Martini painted 4, but of which, according to Moran and Mallory, the fresco with Guidoriccio was no part.
3. The old and the new Guidoriccio:
A completely new look at the matter came when, during restoration work in 1980, a badly damaged fresco was uncovered in the same room and on the same wall, underneath and partially painted over by the current one. Since this earlier work corresponded more to Martini's style and bearing in mind the content of the quoted document, it was clear to most art historians that this newly discovered, underlying fresco had to be the "real" Guidoriccio da Fogliano at the conquest of Montemassi (see fig.2). Guidoriccio is the man with the sword negotiating with a 2nd person (in connection with the surrender?), possibly a member of the Aldobrandeschi family.
However, for some critics, Duccio di Buoninsegna, Martini's Sienese teacher, is the author of this underlying fresco that is supposed to represent the transfer of the castle of Giuncarico and dates from 1314. For others, Pietro Lorenzetti from Siena is the painter of the fresco.
But when this work is indeed the "real" Guidoriccio by Martini, why was the fresco then painted over in the first place? In order to avoid confusion (and respecting chronology), the fresco discovered in 1980 will be called the "old one" and the "new one" is the one that has been painted over it and which has always been attributed to Martini.
The 2 frescoes on the west wall depicting Saints Victorinus and Ansanus by Giovanni Antonio Bazzi (il Sodoma) were only added in the 16th century (see fig.1). He also painted a few other saints in the room.
The disappearing of the fresco with the “old Guidoriccio” could have been the result of whitewashing the wall to make place for Lorenzetti’s world map (see below) or could have had something to do with the fact that the mercenary captain had defected to the enemy in 1333 and thus had to be deleted from Sienese history. But when he was recalled and restored in 1351, he may have got his portrait back (as the "new Guidoriccio"). This could support the theory that the horseman was painted afterwards. But in that case this insertion cannot be made by Martini, who had gone to Avignon in 1339 where he died 5 years later.
It is generally accepted that the fresco with the "new Guidoriccio" is of a later date than 1328. That year refers to the conquest of the town and will have been added later to the fresco.
4.The real authorship?
But who can then be the author of the fresco with the "new Guidoriccio"? In the adjacent Sala del Consiglio, the Sienese Ambrogio Lorenzetti painted the Allegory of Good and Bad Reign on the walls in 1338/39. He was the younger brother of Pietro Lorenzetti, a collaborator of Simone Martini and is one of the few artists who has painted profane themes. As on the fresco depicting the "new Guidoriccio", his frescoes are decorated with explanatory texts. Yet he is nowhere mentioned as a possible author.
Lorenzetti’s now disappeared world map from 1345 gave the name to the Sala del Mapamondo and was the reason that some frescoes had to make way. This was undoubtedly the case with the fresco of “the old Guidoriccio” because the scratches of the round map are still visible (see fig.2).
Sometimes the name of Lippo Vanni (a pupil of Simone) is put forward as the potential author. He is the painter of the large monochromatic fresco on the left side of the north wall above the arcades in the Sala del Mappomondo. It depicts the Battle of the Val di Chiana fought in 1363 and painted immediately after (see fig.3).
If it is true that a part of the intonaco (the preparative layer) of this fresco was found under the "new Guidoriccio" (and extending beyond the corner of the north and west walls of the room), the "new Guidoriccio" must therefore be more recent than 1363/64 and Lippo's authorship is not an option.
On the right half of the same north wall, Francesco d'Andrea and Giovanni Ghini di Cristofano painted the Battle of Poggibonsi between Siena and Florence in 1479. This fresco is also monochromatic and imitates Vanni's style and composition, but dates from more than a century later (see fig. 4). It is rather this kind of image that one can expect from a war scene, while a scene with a solitary horseman (such as the "new Guidoriccio") was not really 14th-century.
Martini's brother-in-law and follower Lippo Memmi, also working in Siena, is also said to have been the author of the "new Guidoriccio", but then the fresco must have been made before 1356, the year that Memmi died.
That the author of the “new Guidoriccio” would have been il Sodoma (the man who painted the 2 frescoes with the Saints on the west wall in 1529) by copying Martini’s style, is very unlikely.
5. The new dating of the fresco:
Nowadays a large part of the art world is convinced that the "new Guidoriccio" is of a later date than 1330 and could therefore not have been painted by Martini. Some art critics even speak of an 18th or 19th-century work, a pastiche (an "imitation of a historical style") with a tribute to a Sienese condottiere by an unknown painter.
While many (particularly Italian) historians still insist that the work is painted by Simone Martini, and therefore dates from 1330, it is now believed that the creation of the "new Guidoriccio" must be situated in the 15th century, the Quattrocento.
Of great importance was the discovery in 2010 in an antiquarian bookshop in Palermo of 5 parchments with drawings very similar to the “new Guidoriccio”. They were signed in 1442 by Francesco and Domenico d’Andrea and according to Giulio Torta would be preparatory sketches of the Sienese fresco and confirm the claim that it could date from the 15th century. Opponents however argue that it could just as well be 15th-century copies of the already existing fresco and that Francesco d’Andrea is not necessarily the author.
But there are also other arguments for labelling the fresco as 15th-century.
The colour and size of the giornate (the surface area of the walls painted in one day was larger in the 15th century) of the "new Guidoriccio" also point in this direction and for some authors this fresco does not even correspond to Martini's qualities.
In addition to the technical elements, there are also the historical details refering to a work from the Quattrocento. The fortifications of the towns and the used weapons (such as the battifolle) are not 14th-century and the depiction of a condottiere on horseback (such as Paolo Uccello's fresco by Giovanni Accuto in the cathedral of Florence) was not common until the 15th century.
So one may have to look for a 15th-century (Sienese?) fresco painter as the author, but there may be many. Taddeo di Bartolo for example is known to have been painting in the Palazzo Pubblico between 1406 and 1416 and is said to have restored the Guidoriccio. This would indicate that the fresco existed before that time, but it is much more likely that he was responsible for the restoration of the "old Guidoriccio" from 1330 which had been damaged by seepage.
Perhaps Francesco d'Andrea is the author of the fresco with the "new Guidoriccio" because he worked in the Palazzo Pubblico and his name appears on the sketches from Palermo (see above). His work in the Sala dates from ca. 1480.
6. Guidoriccio, I presume?
Another problem is the identification of the condottiere, because if the "old Guidoriccio" from 1330 is the real one, who is then the man who appears in the new fresco? The most logical explanation is that Guidoriccio is depicted twice; once in 1330 by Martini after the conquest of Montemassi and a 2nd time (in later times) after his rehabilitation and knighthood. This could then have been done by an artist from the Quattrocento. The coat of arms of da Fogliano can be seen on his equipment and that of his horse and he is in possession of his marshal's staff as captain of the Sienese army (see fig.5).
However, not everyone is convinced that the horseman is indeed Guidoriccio. For the 18th-century local historian Girolamo Macchi, it is Giovanni d'Azzo degli Ubaldini, a condottiere who fought for Siena against the Florentines and died in 1390. He is buried in the cathedral of Siena.
Marco Farmeschi claims in a recent book that the horseman is Marcus Attilius Regolus, the Roman consul who defeated the Carthaginians in 256 BC at the Battle of Adys (Tunisia) and who symbolized War and Knighthood. But why is he wearing the coat of arms of the da Fogliano?
On the cover of the Dutch and English translation of Niccolò Macchiavelli's Vita di Castruccio Castracani appears strangely enough and very misleading the image of the “new Guidoriccio” and not the portrait of Castracani (see fig.6). As already mentioned, Castracani was involved in the defence of Montemassi in 1328 and fought against Fogliano. It could be that Guidoriccio's equestrian portrait is only used here by the publisher as an example of a "typical" condottiere.
7. Conclusion:
So it appears that for many years the fresco with Guidoriccio da Fogliano all' assedio di Montemassi has been wrongly regarded as a work by Simone Martini. However, he is most likely the author of the underlying fresco that was discovered in 1980. The artist who painted the current, overlapping fresco remains anonymous for the time being, but he did it probably in the 15th century. There is a real chance that it was Francesco d'Andrea who made the sketches for the "new Guidoriccio" and worked on the fresco of the Battle of Poggibonsi in the Sala del Mappamondo.
As far as the identity of the condottiere is concerned, there is also no absolute certainty, but as long as no other name is put forward with a convincing proof, he still remains Guidoriccio da Fogliano.
(1) Both authors sparked a fierce controversy with their theory in the 1970s. They have had a lot of opposition because they were going to undermine a historical symbol of Siena that had stood for centuries. In the meantime, however, more and more researchers have come to the conclusion that Simone Martini is not the author of the famous fresco in the Sala del Mappamondo. But since he most likely painted the underlying fresco, there is still a Guidoriccio by Martini in the Palazzo Pubblico, of which the Sienese can be very proud of.
Literatuur:
Chi ha dipinto Guidoriccio da Fogliano? - Tuscany, la bellezza della carta
De Michele, S. Simone Martini a Siena: Guidoriccio da Fogliano, l'immagine del cavaliere
medievale / RestaurArs
De Wesselow, T. The Guidoriccio fresco: a new attribution (The Free Library, maart 2014).
Farmeschi, M. Regulus. Un altro sguardo sul Guidoriccio. Arcidosso, 2018.
Maginnis, H. The “Guidoriccio” Controversy. Notes and Observations
(McMaster Univ. Ontario, 1988)
Mallory, M & Moran, G. Guidoriccio da Fogliano: A challenge to the famous fresco
long ascribed to Simone Martini and the discovery of a new one in the
Palazzo Pubblico in Siena, in "Studies in Iconography", VII-VIII, 1981-82.
Mendselssohn, S. Guide artistique de la province de Sienne. Dec.2018
Sala del Mappamondo – Guide artistique de la Province de Sienne
Miliani, S. Ma Guidoriccio cavalcó nel Quattrocento? In: l’Unita, 30 aug.2005.
Van Herck, P. Niccoló Machiavelli. Het leven van Castruccio Castracani. Amsterdam, 1993.
Van Laerhoven, J. Zie art. Niccolò Machiavelli en Castruccio Castrani.
Vasari, G. The Lives of the Artists. Aylesbury, 1991.