Benozzo Gozzoli en de 3 koningen uit de Cappella dei Magi

Benozzo Gozzoli en de 3 koningen uit de
Cappella dei Magi


In juni 1459 had Piero il Gottoso de’ Medici aan Benozzo Gozzoli de opdracht gegeven om in de huiskapel van het Palazzo Medici een fresco te schilderen dat enerzijds een evocatie moest zijn van de tocht van de 3 koningen van Jeruzalem naar Bethlehem en anderzijds hulde moest brengen aan het concilie dat paus Eugenius IV in 1439, samen met Piero’s vader Cosimo il Vecchio, georganiseerd had in Firenze (zie fig.1). Het concilie had de bedoeling om de westerse en oosterse christenheid te herenigen en paus Eugenius had een grote Byzantijnse delegatie uitgenodigd in de stad aan de Arno, aangezien hij niet meer welkom was in Rome dat in handen was van de familie Colonna en aangezien in Ferrara, waar oorspronkelijk de bijeenkomst gepland was, de pest was uitgebroken. .

Fig.1   Cosimo, Piero & Lorenzo de’ Medici (?)

Fig.1 Cosimo ( op de ezel), Piero (vóór hem op het witte paard) & Lorenzo de’ Medici (rechts op het witte paard)

Op de 3 wanden van de kapel heeft de kunstenaar  de Stoet van de Wijzen afgebeeld, die op zoek is naar de geboorteplaats van Jezus en zich slingert langs de wanden van de kapel naar het altaar waar een paneel met een geboorte staat. Nadat paus Pius II in april 1459 een bezoek gebracht had aan Firenze, toen hij op weg was naar Mantua om er een nieuw concilie op te starten dat een kruistocht moest lanceren tegen de Turken (die 6 jaar eerder Constantinopel veroverd hadden), vond Piero de’ Medici het opportuun om het concilie van 1439 en de relaties tussen oost en west nog eens (letterlijk) in de verf te laten zetten. Men neemt aan dat Pius II afgebeeld staat op het fresco (met de rode kap), net boven “Benotii” Gozzoli zelf (zie fig.2). Het tafereel wordt de Stoet der Wijzen of la Cavalcata dei Magi genoemd en de kapel staat bekend als de Cappella dei Magi.
Het gaat inderdaad over de Magi, de Magiërs, die volgens het Evangelie van Mattheus uit het oosten kwamen, op zoek naar de nieuwe koning van de Joden, en die pas vanaf de 7de-8ste eeuw als koningen beschouwd werden. In beeltenissen uit vroegere tijden (zoals de sarcofaag van de Vaticaanse musea uit de 4de eeuw (zie fig.3) of het mozaïek in de Sant’ Appolinare Nuovo van Ravenna uit de 6de eeuw) worden zij nog zonder kroon afgebeeld

Fig.3 Sarcofaag (Museo Pio Cristiano, Vaticaan)

Fig.3 Sarcofaag (Museo Pio Cristiano, Vaticaan)

In de 8ste eeuw hadden de 3 Koningen ook hun Latijnse namen gekregen, Caspar, Melchior en Balthazar. Dat ze met z’n drieën waren (Mattheus vermeldt geen aantal) had te maken met het feit dat ze 3 geschenken hadden meegebracht, goud, mirre en wierook en dat ze de 3 continenten (Europa, Azië en Afrika) vertegenwoordigden van het toenmalige wereldbeeld.

Gozzoli hecht in zijn Stoet der Wijzen weinig belang aan dat laatste; hij heeft ook niet gekozen voor de klassieke opstelling met het bezoek aan de kerststal, maar schildert de intocht van het Byzantijnse gezantschap in Firenze (zie fig.1). Paus Eugenius IV zag in de bijeenkomst een middel om de katholieke en de orthodoxe leer te verzoenen en keizer Johannes VIII hoopte in Italië steun te vinden tegen de dreiging van de Turken. Voor geen van beiden is hun betrachting echter gerealiseerd.

Op de westelijke muur is Jozef, de patriarch van Constantinopel, afgebeeld als koning Melchior. Hij is een oudere man met een lange witte baard en zit op een muilezel, een rijdier dat voor ouderen of geestelijken was voorbehouden. Op de zuidelijke muur (tegenover het altaar) verschijnt keizer Johannes VIII Paleologus als koning  Balthazar en op de oostelijke muur komt op een prachtig wit paard de jongste koning Caspar aangereden, waarvan gezegd wordt dat het de toen 10-jarige Lorenzo de’ Medici (Piero’s oudste zoon) moest voorstellen (zie fig.1 & 4).

Fig.4  Melchior, Balthazar & Caspar

Fig.4 Melchior, Balthazar & Caspar

Voor sommige critici blijft het onaanvaardbaar dat de jonge Lorenzo wordt afgebeeld als één van de 3 wijzen en dat hij zo’n prominente plaats inneemt in het gebeuren. Toen de jonge Lorenzo in 1459 Galeazzo Maria Sforza (de ruiter met de rode muts die links op het fresco staat) in Firenze had verwelkomd en gezeten op een wit paard samen met hem in een pompeuze parade door de straten was getrokken, ontlokte dat bij de toeschouwers de bedenking dat “Lorenzo jong van leeftijd was, maar oud in wijsheid”. Wellicht wordt op het fresco verwezen naar dit gebeuren. Gozzoli heeft de 10-jarige Lorenzo echter ook samen met zijn broertje Giuliano geposteerd in het gevolg van Piero en Cosimo (zie het artikel Hoe zag Lorenzo il Magnifico er werkelijk uit?).

Fig.5   Giuliano de’ Medici ?

Fig.5 Giuliano de’ Medici ?

Anderen zijn van mening dat de jonge koning Caspar de broer van keizer Johannes zou zijn, Demetrios, die samen met de Byzantijnse delegatie naar Italië was gekomen. In dat verband kan ook vermeld worden dat de ruiter in het blauw met de wilde kat, waarvan algemeen wordt aangenomen dat het Giuliano de’ Medici (de broer van Lorenzo) zou kunnen zijn, misschien moet geïdentificeerd worden met Tomas Paleologus de jongste broer van de  keizer (zie fig.5). Op die manier komen de 3 wijzen dan alle 3 uit het oosten, meer bepaald uit Constantinopel.

Men kan zich ook de vraag stellen waarom Gozzoli paus Eugenius niet in de scene geplaatst heeft als opponent van keizer Johannes en patriarch Jozef. Blijkbaar heeft hij de verdienste om het concilie te organiseren volledig willen toekennen aan (zijn opdrachtgevers) de familie de’ Medici. Piero had trouwens zelf het thema uitgekozen. Voor zover bekend staat Eugenius IV zelfs niet tussen de omstaanders. Dat heeft naar alle waarschijnlijkheid te maken met het feit dat de paus, ondanks de steun die hij van Cosimo gekregen had, het beheer van de pauselijke gelden op het einde van zijn pontificaat ontnomen heeft aan de Medici-bank (1447). Hij was namelijk ontstemd over de toenadering tussen Cosimo en Francesco Sforza, de nieuwe machthebber in Milaan, die in de Romagna een deel van de pauselijke staat wilde inpalmen.

Opmerkelijk voor de hedendaagse toeschouwer (die gewoon is van 2 witte en 1 zwarte koning te herkennen) is het feit dat Gozzoli enkel Balthazar (keizer Johannes) een ietwat getaande huid gegeven heeft. Melchior (patriarch Jozef II van Constantinopel die in Firenze overleden is) heeft hij als oudste en witte koning afgebeeld en Caspar (Lorenzo de’ Medici of Demetrios Paleologus) is de jongste, uitermate blanke, koning (zie fig.4).

Fig. 6  Adorazione (Gentile da Fabriano, Uffizi)

Fig. 6 Adorazione (Gentile da Fabriano, Uffizi)

Op het schilderij van Gentile da Fabriano uit 1423, waar Gozzoli zijn fresco op gebaseerd heeft, vertonen de koningen hetzelfde uitzicht (zie fig.6).  Ook de Aanbidding der Wijzen die Benozzo geschilderd heeft ca. 1440 in de cellen van Cosimo in het klooster van San Marco doet sterk denken aan het fresco in de Cappella dei Magi.
In de 15de eeuw werd er af en toe een zwarte koning ten tonele gevoerd toen men “zwart” niet meer als iets slechts of duivels beschouwde. Dat zou mede het gevolg geweest zijn van de aanvoer van slaven uit Afrika in die periode. Aanvankelijk werd de koning uit Afrika (die pas in de 8ste eeuw geïntroduceerd werd in het verhaal en eigenlijk afkomstig was uit Ethiopië waar een christelijke gemeenschap leefde) dus afgebeeld als een jonge blanke man, weliswaar met zwarte dienaars in zijn gevolg en kamelen die dan moesten verwijzen naar zijn land van herkomst. Pas in de late middeleeuwen kreeg hij een zwart uiterlijk en zijn aanwezigheid moest er op wijzen dat het christendom voor alle volkeren  bedoeld was.
Wie dan juist die zwarte koning was is niet erg duidelijk, soms is het Balthazar of  Caspar en dan weer Melchior. De leeftijd van de 3 koningen, 20, 40 en 60 moet verwijzen naar de levenstijdperken. Meestal is dan de koning uit Afrika de jongste en de koning uit Europa de oudste, maar de rolverdeling verschilt duidelijk van land tot land en van kunstenaar tot kunstenaar. De koning uit Azië (meer bepaald uit het Midden-Oosten) was meestal een man van rond de 40 die een licht getaande huidskleur had (zie fig.4 & 6). Met de steeds groter wordende dreiging van de Turken in de loop van de 15de eeuw is die koning in de beeldende kunst blijkbaar steeds blanker geworden… (zie fig.7).

Tot op het einde van de 15de eeuw bleven de kunstenaars in Italië (zoals Ghirlandaio, Botticelli, Perugino en Filippino Lippi) vasthouden aan de traditie van de 3 blanke koningen. Ook Rogier van der Weyden en Dirk Bouts in de Lage Landen deden hetzelfde, maar in 1470 gaf Hans Memling een zwarte koning een plaats in zijn Aanbidding van de Wijzen (zie fig.7) en vanaf de 16de eeuw werden er altijd 2 blanke en 1 zwarte koning afgebeeld.

Fig.7 Aanbidding der Wijzen (Hans Memling, Prado Madrid)

Fig.7 Aanbidding der Wijzen (Hans Memling, Prado Madrid)

Het feit dat Benozzo Gozzoli geen zwarte koning geschilderd heeft, had niet alleen te maken met het onderwerp van het fresco (de aankomst van de Byzantijnse delegatie in Firenze), maar dus ook met de bestaande tradities. Als de jonge koning Caspar dan ook nog Lorenzo il Magnifico (of Demetrios Paleologus) moest voorstellen kon hij die moeilijk met een zwarte huidskleur afbeelden.

Waarom de koning uit Afrika aanvankelijk als een blanke wordt afgebeeld en waarom hij meestal achter zijn geknielde collega’s staat (alsof hij iets later is gearriveerd) heeft onvermijdelijk geleid tot discussies over racisme. Die hebben echter weinig zin aangezien Mattheus het in zijn Evangelie had over wijzen uit het oosten, waarmee hij zeer waarschijnlijk Perzië zal bedoeld hebben. Enkel en alleen om die reden (en niet als een soort van Zwartepietenverhaal) zou het weghalen van de zwarte koning uit de kerststal, wat sommigen tegenwoordig voorstellen, enige betekenis kunnen hebben. Bovendien was deze zwarte medemens geen slaaf of dienaar, maar een koning of een wijze, die volgens de middeleeuwse traditie zijn continent vertegenwoordigde bij het bezoek aan de pasgeboren Heiland en dus een zeer belangrijke plaats in het gebeuren gekregen had.  

 JVL

Benozzo Gozzoli and the 3 kings from the
Cappella dei Magi

In 1459 Piero il Gottoso de' Medici had commissioned Benozzo Gozzoli to paint a fresco in the chapel of the Palazzo Medici, which on the one hand was to evoke the journey of the 3 kings of Jerusalem to Bethlehem and on the other hand to pay tribute to the council that Pope Eugenius IV had organized in Florence in 1439, together with Piero's father Cosimo il Vecchio. The council intended to reunite Western and Eastern Christianity and Pope Eugenius had invited a large Byzantine delegation to the city on the Arno, as he was no longer welcome in Rome. where the Colonna family was in power and since there was an outbreak of plague in Ferrara, where the meeting was originally planned.

The journey of the Wise Men, looking for the birthplace of Jesus,  is spread over the 3 walls of the chapel and ends at the altar with a panel of a nativity.  After Pope Pius II visited Florence in April 1459 on his way towards Mantua to start a new council and launch a crusade against the Turks (who had conquered Constantinople 6 years earlier), Piero de' Medici thought it appropriate to have the council of 1439 and the relations between east and west  highlighted again in the chapel. It is assumed that Pius II makes his appearance on the fresco, standing (with the red hood) just above “Benotii” Gozzoli himself (see fig.2). ↓

Fig. 2  “Benotii” & Pius II

Fig. 2 “Benotii” & Pius II

The whole fresco is called the  Procession of the Magi  and the chapel is known as the Cappella dei Magi.
It is indeed a fresco about the Magi, the Magicians, who according to the Gospel of Matthew came from the east, in search of the new king of the Jews, and who were not considered kings until  the 7th-8th  century. In effigies from earlier times (such as the sarcophagus  of  the  Vatican museums  from the 4th  century  (see fig.3) or the mosaic in the Sant' Appolinare Nuovo of Ravenna from the 6th century) they are still depicted without a crown.

In the 8th century the 3 Kings received their Latin names, Caspar, Melchior and Balthazar. There must have been 3 kings (although Mattheus did not mention their number) because they had brought 3 gifts, gold, myrrh and incense and because they represented the 3 continents (Europe, Asia and Africa) of the medieval world.     

In his Procession of Wise Men Gozzoli did not  choose for the classical scene with the visit to the new born king,  but  painted  the entry of  the  Byzantine  embassy members into Florence (see fig.1). Pope Eugenius IV wanted to reunite the Catholic and Orthodox Church, and Emperor John VIII hoped to find support in Italy against the threat of the Turks. But neither of their goals was achieved.
On the western wall, Joseph, the patriarch of Constantinople, is pictured as King Melchior. He is an older man with a long white beard and sits on a mule, a mount that was reserved for the elderly or the clergy. On the southern wall (opposite the altar) emperor John VIII Paleologus appears as King Balthazar and on the eastern wall the youngest King Caspar is depicted on a beautiful white horse; he is said to represent the then 10-year-old Lorenzo de' Medici, Piero's eldest son (see fig.1 & 4).
For some critics , it remains unacceptable that the young Lorenzo is portrayed as one of the 3 wise men and that he occupies such a prominent place in the scene. In 1459, when the young Lorenzo had welcomed Galeazzo Maria Sforza (with the red cap on horseback on the left side of the fresco) in Florence and rode with him on a white horse in a pompous parade through the city, people whispered that "Lorenzo was young in age, but old in wisdom". Perhaps the fresco refers to this event. However, Gozzoli also posted 10-year-old Lorenzo with his brother Giuliano in Piero and Cosimo’s retinue (see the article What did Lorenzo il Magnifico really look like?).
Others believe that the young King Caspar could be emperor John's brother, Demetrios, who had come to Italy with the Byzantine delegation. In this context, it can also be mentioned that the rider in blue with the wild cat, which is widely believed to be Giuliano de' Medici (Lorenzo's brother), could be identified with Tomas Paleologus the emperor's youngest brother (see fig.5). In this way, the 3 wise men did come from the east, more specifically from Constantinople..

One may also wonder why Gozzoli did not place Pope Eugenius in the scene as an opponent of Emperor John and Patriarch Joseph. Apparently he wanted to award the merit of organizing the council to (his clients) the family de' Medici. Piero had chosen the theme himself. As far as is known, Eugenius IV is not even among the bystanders. This is likely due to the fact that, despite the support he had received from Cosimo, the Pope took the management of the papal funds from the Medici Bank at the end of his pontificate (1447): he was dismayed by the rapprochement between Cosimo and Francesco Sforza, the new ruler in Milan who wanted to take over part of the papal state in the Romagna.

Noteworthy for the contemporary spectator (who is used to a scene with 2 white and 1 black king) is the fact that Gozzoli has only given Balthazar (Emperor John) a slightly tanned skin.  Melchior (Patriarch Joseph II of Constantinople who died in Florence)  is the oldest white king and Caspar (Lorenzo de' Medici or Demetrios Paleologus) is the youngest, extremely white, king (see fig. 4).
In the painting by Gentile da Fabriano from 1423, on which Gozzoli based his fresco, the 3 kings have the same features (see fig. 6). The Adoration of the Magi  that Benozzo painted ca. 1440 in Cosimo’s cells in the monastery of San Marco is also very reminiscent of the fresco in the Cappella dei Magi.

In the 15th  century, a black king occasionally appeared on the scene when "black" was no longer considered a bad thing or a devilish thing. This may be due to the supply of slaves from Africa during that period. Initially, the king from Africa (who was only introduced in the 8th century and coming from Ethiopia where a Christian community lived) was thus depicted as a young white man, albeit with black servants in his entourage and camels, referring to his country of origin. It was only in the late Middle Ages that he was given a black appearance and his presence had to indicate that Christianity was meant for all people.

Who exactly that black king was is not very clear, sometimes it was Balthazar or Caspar and then even  Melchior. The age of the 3 kings, 20, 40 and 60 should refer to the ages of life. Usually the king from Africa is the youngest and the king from Europe the oldest, but that can differ from country to country and from artist to artist.  The king from Asia (more specifically from the Middle East) was usually a man in his 40s who had a lightly tanned  complexion  (see fig.4 & 6). With the growing threat of the Turks in the course of the 15th century, his features became increasingly white … (see fig. 7).
Until the end of the 15th century, the artists in Italy (such as Ghirlandaio, Botticelli, Perugino and Filippino Lippi) stuck to the tradition of the 3 white  kings. Rogier van der Weyden and Dirk Bouts in the Low Countries did the same, but in 1470  Hans Memling introduced a black king in his  Adoration of the Magi  (see fig. 6) and from the 16th  century there were always 2 white and 1 black king on the scene. So the fact that Benozzo Gozzoli did not paint  a black king  had to do, not only with the subject of the fresco  (the arrival of the Byzantine delegation in Florence), but also with the artistic traditions. And if he had to portray Lorenzo il Magnifico (or Demetrios Paleologus) as the young Caspar he could hardly paint him as a black king.

Why the king from Africa was initially portrayed as a white man and why he mostly stands behind his kneeling colleagues (as if he arrived a bit later) has inevitably led to debates about racism.  However, they make little sense since Matthew mentioned in his Gospel that the wise men came from the east, by which he will most likely have meant Persia. For that reason alone (and not as some sort of  “Zwartepieten” story), removing the black king from the nativity scene - as some suggest nowadays - might have some meaning.  Moreover, this black person was not a slave or a servant, but a king or a wise man, who according to medieval tradition represented his continent when visiting the new born Savior and therefore occupied a very important place in the event.

Literatuur:

Cardini, F.        The Chapel of the Magi in Palazzo Medici.  Firenze, 2001.
Kaplan, P.        Black Africans in Hohenstaufen Iconography, vol. 26, no. 1, Gesta, 1987. 33
Lazaris, S.        L’empereur Jean VIII Paléologique…(Byzantinische Forschungen 2007).
Luchinat, C.     Benozzo Gozzoli. Firenze, 1994
Micheletti, E.   Benozzo di Lese, in Dizionario biografico, vol.8 (1966).
Sandham, P.     Patriarch Joseph II of Constantinople https://twitter.com/hksandham/status/1076823993611481088
Schreuder, E    De Zwarte koning in manuscripten.    Worldpress 20 dec. 2012                     https://estherschreuder.worldpress.com/2012/12/20/de-zwarte-koning-in-manuscripten/
Van Laerhoven, J. De opkomst van de familie de’ Medici. Herk-de-Stad, 2012.
zie art. Hoe zag Lorenzo il Magnifico er werkelijk uit?