De slag om Firenze (11 augustus 1944)
De slag om Firenze (11 augustus 1944)
Na de afzetting van Mussolini (juli 1943) en de overgave van Italië aan de geallieerden (8 september 1943), besloot Nazi-Duitsland om het schiereiland te bezetten. Generaal Albrecht von Kesselring viel Italië binnen met 30 divisies en op 11 september 1943 marcheerden Duitse troepen door Firenze. Twee weken later werd de Toscaanse hoofdstad voor het eerst door Amerikaanse B-17’s gebombardeerd. Het doelwit, het station van Campo Marte, werd echter gemist en er vielen vele burgerslachtoffers. Pas in februari en maart 1944 werden de treinstations van Firenze opnieuw gebombardeerd.
Na de zware gevechten in Monte Cassino werd in mei 1944 eindelijk de Duitse Gustav Linie doorbroken en kon Rome bevrijd worden op 4 juni 1944. Aangezien de landing in Normandië een succes was geworden werd het Italiaanse front van secundair belang. De opmars van de geallieerden vanuit het zuiden vorderde slechts langzaam; men wilde eerst het gebied rond Firenze bevrijden (Pisa was al op 23 juli in Amerikaanse handen) en het leek er op dat men de stad zelf wilde sparen. Dat was eveneens de bedoeling van von Kesselring want op 27 juni liet hij, weliswaar op aandringen van bisschop Elia Dalla Costa, de Duitse consul Gerhard Wolff en de Zwitserse consul Karl Steinhauslin, Firenze tot “open stad” verklaren, net zoals dat met Rome gebeurd was.
Dat betekende ook dat de Duitse troepen de stad zouden verlaten, maar ze respecteerden hun belofte niet en er bleven Duitse eenheden in de stad omdat, luidens een pamflet dat aan de bevolking werd uitgedeeld op 29 juli, ze er zogezegd niet zeker van waren dat de geallieerden Firenze ook als een “open stad” zouden beschouwen. De volgende dag werd aan de bewoners van de Arno-oevers het bevel gegeven om hun huizen te verlaten want de omgeving zou gedynamiteerd worden. Vele Florentijnen vonden toen onderdak in het Palazzo Pitti en de Boboli-tuinen.
Op 31 juli strooide een geallieerd vliegtuig pamfletten uit die de Florentijnse bevolking er toe aanzetten om het ondermijnen van de bruggen en de wegen te beletten, …net alsof de Duitsers dat zouden toelaten. Ondertussen had het goede nieuws Firenze bereikt dat de geallieerden een grote hoeveelheid meesterwerken uit de Uffizi teruggevonden hadden in de villa’s van omliggende stadjes. Het slechte nieuws was dat de Duitsers in de avonduren van 3 augustus de Ponte alle Grazie in de lucht lieten vliegen, gevolgd door de andere bruggen om 4 uur ’s morgens van de volgende dag. De explosies hadden voor een enorm lawaai gezorgd en voor een zware ravage tot in de omliggende buurten.
De Ponte Vecchio werd gespaard, maar op de brug zelf waren mijnen gelegd (zie foto) en de toegangswegen waren versperd door de brokstukken van de aangrenzende huizen die opgeblazen waren. Op 4 augustus, om 5 uur in de morgen, waren de eerste geallieerde troepen (van het Britse 8ste leger) op de Oltrarno verschenen. Zij kregen meteen het bezoek van leden van het verzet die er in geslaagd waren om langs de Gang van Vasari (de verbinding tussen het Palazzo Vecchio en de Boboli-tuinen) de Arno over te steken en een telefoonverbinding tot stand te brengen.
Op 11 augustus had het CTLN (Comitato Toscano di Liberazione Nazionale) iedereen opgeroepen om samen met de partizanen (die de Arno overstaken) de Duitsers en de fascisten, die nog in de stad waren, aan te vallen. Het klokkengelui van het Palazzo Vecchio en van het Bargello was de aanzet voor de actie. Na de Slag om Firenze kon het CTLN zich gaan vestigen in het Palazzo Vecchio en hielden de partizanen de stad bezet tot de Britten op 1 september de zaak overnamen. De Duitsers hadden het centrum van de stad prijs gegeven, maar behielden controle over de buitenwijken. Vanuit Fiesole en Careggi bleven Duitse batterijen Firenze bestoken: op 21 augustus sloeg een granaat in op de campanile van Giotto. Op 31 augustus waren ze definitief vertrokken. De Slag om Firenze had aan Florentijnse kant 200 doden en 400 gewonden gekost en grote vernielingen veroorzaakt. De nieuwe burgemeester, de socialist Gaetano Pieraccini (arts en Medici-kenner), begon meteen aan de wederopbouw.
Het Duitse leger trok verder noordwaarts en verschanste zich nu achter de Gotische Linie, waar ze tot in het voorjaar van 1945 de opmars van de geallieerden konden tegenhouden.
The Battle of Florence (August 11, 1944)
After Mussolini's deposition (July 1943) and Italy's surrender to the Allies (September 8, 1943), Nazi Germany decided to occupy the peninsula. General Albrecht von Kesselring invaded Italy with 30 divisions and on September 11 1943 German troops marched into Florence. Two weeks later, the Tuscan capital was bombed for the first time by American B-17s. However, they missed their target, the train station of Campo Marte, and many civilian casualties occurred. It was not until February and March 1944 that the urban train stations were bombed again.
After heavy fighting in Monte Cassino, the German Gustav Line was finally broken in May 1944 and Rome was liberated on June 4, 1944. Since the landing in Normandy had become a big success, the Italian front was now of secondary importance.
Therefore the advance of the Allies from the south progressed rather slowly; at first they wanted to liberate the area around Florence (Pisa was already in American hands on July 23) and it seemed as if they wanted to spare the city itself. This was also von Kesselring's intention because on June 27, indeed at the insistence of Bishop Elia Dalla Costa, the German consul Gerhard Wolff and the Swiss consul Karl Steinhauslin, he declared Florence an "open city" just as it had been the case in Rome.
That also meant that the German troops had to leave the city, but they did not respect their promise. A part of the German soldiers remained in the city because, as it was said in a pamphlet handed out to the people on July 29, the German command was not sure that the Allies would also consider Florence as an “open city”.
The next day, the inhabitants of the Arno shores were ordered to leave their homes because the whole area was going to be dynamized. Many Florentines then found shelter in the Palazzo Pitti and the Boboli Gardens.
On July 31, an allied plane was carrying out pamphlets that prompted the Florentine population to prevent the Germans to dynamize the bridges and roads, …as if the Germans would allow this. Meanwhile, the good news had come to Florence that the Allies had found a large amount of masterpieces from the Uffizi in the villas of the surrounding villages. The bad news was that the Ponte all Grazie exploded on the evening of August 3, followed by the explosion of the other bridges at 4 a.m. the next day. The explosions had caused a huge noise and severe damage in the surrounding neighborhood.
The Ponte Vecchio was spared, but mines were laid on the bridge itself (see photo) and the access roads were blocked by the debris from the adjoining houses that had been blown up. On August 4, at 5:00 a.m., the first Allied troops (of the British 8th Army) had appeared on the Oltrarno. They immediately received the visit of members of the resistance who made the crossing of the Arno along the Vasari Corridor (the connection between the Palazzo Vecchio and the Boboli Gardens) and managed to install a telephone connection.
On August 11, the CTLN (Comitato Toscano di Liberazione Nazionale) had called on everyone, to attack together with the partisans (who crossed the Arno) the Germans and fascists who were still in the city. The bells of the Palazzo Vecchio and Bargello gave the signal for the uprising. After the Battle of Florence, the CTLN was able to settle in the Palazzo Vecchio and the partisans held the city until the British Allies took over on September 1. The Germans had given up the center of the city, but retained control of the suburbs. From Fiesole and Careggi, German batteries continued to bombard Firenze: on August 21, a grenade smashed into Giotto's campanile but on August 31 the German army had finally left. During the Battle of Florence 200 citizens were killed and 400 injured. The new city mayor, Gaetano Pieraccini (physician, socialist politician and Medici expert), immediately began to organize the rebuilding of the city.
The German army moved further north and took positions behind the Gothic Line, where they were able to stop the advance of the Allies until the spring of 1945.