Het mirakel van Orsanmichele

Het mirakel van Orsanmichele

Wie in Firenze een bezoek brengt aan de kerk van Orsanmichele zal kunnen vaststellen dat het ganse gebouw aan de 4 zijden versierd is met 14 nissen die in opdracht van de gilden met beelden werden opgevuld. De originele beelden van o.a. Ghiberti, Donatello, Giambologna en Nanni di Banco hebben nu een plaats gekregen in het museum dat zich op de bovenste verdieping van het gebouw bevindt.
Aan de westelijke kant van de kerk in de Via dell’Arte della Lana heeft Nanni di Banco rond 1420 de nis voor de wapensmeden met het beeld van Sint Eligius vervaardigd. Op het reliëf onderaan staat een smid afgebeeld die een paard van een nieuw hoefijzer voorziet (zie fig.1&3)

Fig.1 Reliëf met de hoefsmid (Nanni di Bano, Orsanmichele)

De beeltenis wordt in verband gebracht met het zogenaamde mirakel van Orsanmichele. Op de plaats waar nu de kerk staat stond ooit de woning met bijbehorende graanschuur van een zekere Michele. Samen met zijn vader bracht Michele elke morgen met paard en kar het graan van hun buren naar de molens langs de Arno om er gemalen te worden. Toen zij ’s avonds terugkeerden en het meel aan hun klanten bezorgd hadden vond Michele ook nog tijd om zich bezig te houden met goede werken. Hij was zeer geliefd in de buurt van de Porta Santa Maria waar hij ouderlingen en zieke of arme mensen ging bezoeken en helpen, waardoor hij de bijnaam van San Michele (heilige Michael) gekregen had. De omwonenden waren dan ook zeer bedroefd en verbijsterd toen Michele op een dag onverwachts kwam te overlijden.
Hij verscheen regelmatig in zijn vaders dromen en vroeg hem dan telkens om een kapel te bouwen in de tuin van hun huis  (vandaar de naam San Michele in Orto). Maar toen die de wens van zijn overleden zoon niet meteen inwilligde begonnen er zich vreemde dingen voor te doen. De paarden begonnen ’s nachts te hinniken en elke keer zijn vader die droom had gehad waren ’s morgens de stallen gereinigd en waren de voederbakken van de dieren gevuld zonder dat iemand van de stalknechten dat werk had uitgevoerd. 

Toen één van de paarden op een dag een nieuw hoefijzer moest krijgen werd er een smid bijgehaald, die tot zijn grote ontzetting bij het vervangen van het oude ijzer de ganse hoef van het dier in zijn hand had. Er was geen druppel bloed gevloeid en het paard plaatste zijn poot op de hoef die er onmiddellijk terug aan vastgroeide. Het dier huppelde gezond en wel rond in de stal en het was overduidelijk dat San Michele hier een mirakel voltrokken had. Michele’s oude vader was overtuigd en besloot om het kapelletje te laten bouwen. Toen de omstaanders belangstelling kregen voor het oude hoefijzer is sindsdien ook de mythe ontstaan dat het bezit ervan geluk brengt voor de eigenaar.

Fig.2 Miracolo di Sant’ Eligio (Niccolò Gerini, ca. 1390, Petit Palais Avignon)

De legende van San Michele is zonder twijfel de Florentijnse versie van het mirakel van Sint Eligius die ongeveer hetzelfde voor had (zie fig.2).
Van hem werd gezegd dat hij de hoef van het paard amputeerde om dan met één slag het ijzer er op aan te brengen en daarna het gewonde dier terug te genezen met een kruisteken.

Het verhaal van San Michele heeft ongetwijfeld ook te maken met de historiek van het kerkgebouw. De kerk was in de 13de eeuw een open loggia die gebouwd was op de plaats van een oratorium gewijd aan San Michele in Orto uit ca. 750. De naam werd later verbasterd tot Orsanmichele. Het gebouw deed toen dienst als graanmarkt en bood onderdak aan bijeenkomsten van wisselaars en andere zakenlieden. Op het einde van de 14de eeuw werd de loggia dicht gemaakt en omgevormd tot de huidige kerk van Orsanmichele (patroon van de kerk was de aartsengel Michael) die haar specifieke blokvorm met verdiepingen te danken heeft aan de vroegere functie als graanopslagplaats. Ook het 2-beukige interieur van de kerk is hiervan getuige.

De legende van San Michele ter zijde gelaten is het echte mirakel van de Orsanmichele het monumentale Tabernakel van Andrea Orcagna. Nadat het miraculeuze fresco van de Madonna uit 1292 (van de hand van Ugolino da Siena) door een brand vernield was geworden schilderde Bernardo Daddi in 1347 een nieuwe Madonna, die door Orcagna een decennium later in een prachtig marmeren tabernakel geplaatst werd. Voor een kunstliefhebber is dit een absolute must en voor een echte paardenliefhebber kan het een aanrader zijn om af en toe langs het reliëf van Nanni di Banco te passeren en een schietgebedje tot San Michele (of Sant’ Eligio) te richten. Baat het niet dan schaadt het niet!

JVL



The miracle of Orsanmichele

 

Fig.3 Sant’ Eligio (Nanni di Banco, Orsanmichele)

Anyone who visits the church of Orsanmichele in Florence will be able to see that the entire building is decorated on the 4 sides with 14 niches filled up with statues on behalf of the guilds. The original sculptures of artists such as Ghiberti, Donatello, Giambologna and Nanni di Banco have now been given a place in the museum that  is located on the top floor of the building.
On the western side of the church in the Via dell'Arte della Lana, Nanni di Banco made around 1420 the niche for the blacksmiths with a statue of Saint Eligius. The relief at the bottom depicts a farrier providing a horse with a new horseshoe (see fig.1&3).

This scene refers to the so-called miracle of Orsanmichele.  On the actual spot of the church stood once the house of a certain Michele. He owned a stable with some horses and a warehouse used as a grain storage. Together with his father, Michele brought the grain of their neighbors every morning by horse and cart to the mills along the Arno to be ground. When they returned in the evening and delivered the flour to their customers, Michele always  found time to focus on good works. He was very popular near the Porta Santa Maria where he visited the elderly and infirm and helped families in need and had even been nicknamed San Michele (Saint Michael).

But one day suddenly Michael died, leaving all the local residents in pain and consternation. From that day Michele appeared several times in his father's dreams and then asked him each time to build a chapel in the garden of their house (hence the name San Michele in Orto, “the garden of Saint Michael”).
When his father did not immediately grant the wish of his deceased son, strange things began to occur.  The horses started to neigh at night and every time his father had had that dream the stables were cleaned in the morning and the feeders of the animals were filled without any of the stable hands having carried out that work. 

When one of the horses crippled and a farrier was brought in to check the ironing of the animal; the man removed the iron, took his paw, but the hoof, alike of the general astonishment, broke off from his limb and remained in his hand. Not a drop of blood had flowed and the horse placed his leg on the hoof which immediately grew back on it. The animal hopped around healthy and well in the barn and it was very clear that San Michele had performed a miracle here. Michele's old father was convinced now and decided to have the chapel built.
When the bystanders became interested in the old horseshoe, the myth has since arisen that its possession brings good luck to the owner.

The legend of San Michele is without a doubt the Florentine version of the miracle of Saint Eligius who performed the same miracle (see fig.2). He was said to amputate the horse's hoof, attach the iron to it with one blow of his hammer and then heal the wounded animal with a sign of the cross.

The story of San Michele is also linked with the history of the church. In the 13th century an open loggia was built on the spot of an oratory dedicated to San Michele in Orto dating from around 750. The name was later changed into Orsanmichele.
The building then served as a grain market and housed meetings of exchangers and other businessmen. At the end of the 14th century, the loggia was closed and transformed into the current church of Orsanmichele (patron of the church was the archangel Michael) which owes its specific block shape with 2 floors to its former function as a grain storehouse.  The 2-aisled interior of the church testifies to this.
Putting the legend of San Michele aside, the real miracle of the Orsanmichele is undoubtedly the monumental Tabernacle of Andrea Orcagna.  When the miraculous fresco of the Madonna from 1292 (by Ugolino da Siena) was destroyed by fire, Bernardo Daddi painted a new Madonna in 1347, which Orcagna placed in a beautiful marble tabernacle a decade later. For an art lover, this is an absolute must and for a true horse lover it may be recommended to occasionally pass by the relief of Nanni di Banco and to address a little prayer to San Michele (or Sant' Eligio). If it doesn’t help then it won’t hurt.

Literatuur:

Artusi, L e.a.                    Orsanmichele in Firenze.  Firenze,1982
Borsook, E.                      Agon gids voor Florence.  Amsterdam, 1988
D’Aguanno Ito, M.          The Madonna of Orsanmichele and her Confraternity (paper IMC Leeds, 2013)
Van Laerhoven, J.           Florentijnse wandelingen. Dln III, V, VI, XI & XIII.        
Verhuyck, L.                    Firenze: een anekdotische reisgids voor Florence. Amsterdam, 2006.