Was Giovanni Pico della Mirandola het slachtoffer van syfilis of moord?

Was Giovanni Pico della Mirandola het slachtoffer van syfilis of van moord?

Graaf Giovanni Pico della Mirandola, de filosoof, humanist en schrijver van de fameuze 900 thesen (over religie, filosofie en magie), is op amper 31-jarige leeftijd in 1494 “in verdachte omstandigheden” om het leven gekomen (zie fig.1). Ten gevolge van herhaalde koortsaanvallen, die gepaard gingen met hallucinaties en hevige pijnen is hij op 17 november 1494 in Firenze (in het klooster van San Marco?) overleden. Zijn goede vriend en geestesgenoot Agnolo Poliziano was hem op 29 september met ongeveer dezelfde symptomen in het graf vooraf gegaan. Bij een onderzoek van hun beider stoffelijke resten (bewaard in San Marco) dat uitgevoerd werd in 2007 door een team onder leiding van prof. Giorgio Gruppioni, is gebleken dat er sporen van kwik en lood, maar vooral van arsenicum in het lichaam van Pico aanwezig waren en in mindere mate (omdat er weinig overblijfselen waren) in het lichaam van Poliziano.

Fig.1 Giovanni Pico della Mirandola (Cristofano dell Altissimo, Uffizi)

 Aanvankelijk was men van mening dat beide mannen aan syfilis gestorven waren omdat de geciteerde stoffen ook als medicatie tegen deze ziekte gebruikt werden. Om dat te ontkrachten werd er aangevoerd dat syfilis (de ”Franse ziekte”) pas in Firenze en Italië eind november 1494 zou verspreid geweest zijn door de troepen van Karel VIII en aangezien Agnolo en Pico reeds vroeger ziek geworden waren, konden zij dus niet besmet geweest zijn. Maar van Pico is geweten dat hij reeds in de jaren 80  in Parijs en Lyon verbleven heeft en dus toen al de ziekte zou kunnen opgedaan hebben, indien hij überhaupt aan syfilis zou gestorven zijn.
Aangezien echter de hoeveelheid arsenicum die werd aangetroffen in het lichaam van Pico bij het forensisch onderzoek veel te hoog was voor een geneeskundige behandeling, is men er meer en meer van overtuigd geraakt dat Pico, en samen met hem misschien ook Poliziano, vergiftigd is geworden.  Door wie en waarom zijn dus de voor de hand liggende vragen.

Dat Poliziano en Pico della Mirandola minnaars waren was algemeen geweten en het is misschien niet onmogelijk dat hun dood een gevolg van die “verboden” relatie was. De kerkelijke instanties waren fel gekant tegen sodomie, maar dat de dominicanen van San Marco en hun prior Girolamo Savonarola iets met de dood van de 2 te maken gehad hebben is weinig waarschijnlijk. Savonarola, die gewoonlijk hel en verdoemenis predikte, heeft Poliziano een sodomiet genoemd en achteraf van Pico gezegd dat hij voor “zijn zonde” in het vagevuur (en niet in de hel!) beland was. Als straf viel dat laatste van de kant van Savonarola nog wel best mee en blijkbaar was de frate niet vergeten dat hij dankzij de tussenkomst van Pico in 1489 naar  het klooster van San Marco was kunnen terugkeren. Omwille van zijn 900 thesen (uit 1486) hadden Pico en Savonarola, die elkaar al kenden van begin jaren 80, aanvankelijk duidelijke meningsverschillen gehad, maar uiteindelijk was hun wederzijds respect gegroeid en waren beide mannen zelfs vrienden geworden. De gedachte dat Savonarola Giovanni Pico (en ook Agnolo Poliziano) dan zou hebben laten vergiftigen is dus compleet uit de lucht gegrepen

Fig.2 Marsilio Ficino, Giovanni Pico en Agnolo Poliziano (C Rosselli, Sant’Ambrogio Firenze).

Pico en Poliziano waren beiden lid van de Neoplatoonse Academie en volgens Silvano Vinceti bestaat de kans dat niemand minder dan Marsilio Ficino (de leider van de academie) achter de moorden zat.
Ficino, die priester was, beweerde dat platonische liefde niet seksueel was en dat sodomie moest veroordeeld worden. Blijkbaar waren Pico en Poliziano daar niet van overtuigd en zij zouden Ficino beschuldigd hebben van tovenarij en hekserij en hem op die wijze tot vijand gemaakt hebben. Maar dan nog is de bewering dat hij hen daarom zou vermoord hebben hoogst ongeloofwaardig. Het kan natuurlijk geveinsd zijn, maar op Pico’s begrafenis, heeft Ficino hem in zijn grafrede alle lof toegezwaaid.
De 3 mannen zijn door Cosimo Rosselli in 1486 samen op een fresco in de kerk van Sant’Ambrogio vereeuwigd. (zie fig.2).

 Er zijn helemaal geen bewijzen voorhanden dat beide mannen gedood zijn omwille van hun geaardheid (homoseksualiteit was niet uitzonderlijk in het Firenze van de renaissance) en men is nu eerder geneigd om de moorden in verband te brengen met persoonlijke rancunes en afrekeningen.

Zo is het bijvoorbeeld niet uitgesloten dat Pico uit de weg geruimd is door een Florentijnse koopman, die een grote som geld van hem geleend had en die zich op die manier kon bevrijden van zijn schulden. Dat beweerde althans Giovanni Veronesi in zijn boek over de geschiedenis van de familie della Mirandola. Het motief lag voor de hand, maar wie die man was en wat dat dan verder met de dood van Poliziano te maken heeft is onduidelijk.  

Die laatste bemerking kan ook gemaakt worden bij het verhaal dat Pico zou vermoord geweest zijn in opdracht van Giuliano di Mariotto de’ Medici, uit een zijtak van de illustere familie.
In mei 1486 was Giovanni, toen hij op weg was naar Rome om er zijn fameuze Oratio de hominis dignitate (zijn redevoering “over de waardigheid van de mens” ter verdediging van zijn 900 thesen) te gaan houden, te gast geweest in Arezzo bij Giuliano di Mariotto de’ Medici, een verre neef van il Magnifico. Bij zijn vertrek naar Rome zou hij dan Giuliano’s vrouw Margherita ontvoerd hebben. Of dat met of zonder de toestemming van Margherita gebeurd was is niet zeker, maar de “bedrogen” echtgenoot liet jacht maken op het koppel en Pico werd opgepakt en zwaar toegetakeld. Op aandringen van il Magnifico werd hij uit de kerker gehaald en kon hij zijn tocht naar Rome verder zetten. Hoe Margherita het er van af gebracht heeft is niet geweten. Dat Giuliano de’ Medici dan pas 8 jaar later in 1494 Pico zou hebben laten ombrengen is twijfelachtig, aangezien hij zelf toen wellicht al overleden was.

Het feit dat Giovanni homoseksueel was hoeft geen beletsel te zijn geweest voor een relatie met een vrouw (biseksualiteit was geen uitzondering in die tijd), maar men kan toch eerder geloof hechten aan de versie dat Margherita van plan was haar man te verlaten en simpelweg van de gelegenheid gebruik wilde maken om in het gezelschap en onder bescherming van Pico naar Rome te reizen.
In een brief aan zijn vriend Andrea Corneo uit Urbino verwijst Pico zelf naar dit gebeuren dat hij “het incident van Arezzo” noemt.

 In maart 1487 werden 13 van Pico’s 900 thesen door een pauselijke commissie als ketterij bestempeld en hij haastte zich om Rome te verlaten. Toen hij in Frankrijk bescherming zocht werd hij daar echter op aandringen van paus Innocentius VIII gearresteerd en opgesloten in het kasteel van Vincennes. Dit keer kwam Lorenzo de’ Medici tussenbeide bij koning Karel VIII en werd Pico weer snel op vrije voeten gesteld, zodat hij wellicht kon ontsnappen aan de brandstapel die in Rome reeds gereed stond.
Met het overlijden van il Magnifico in april 1492 verloor Pico zijn grote beschermheer, maar gelukkig voor hem liet paus Alexander VI (Rodrigo Borgia) hem in een bulle van 18 juni 1493 vrij verklaren van ketterij, zodat er van de kant van Rome blijkbaar niets meer te vrezen was. Achteraf zou blijken dat de problemen  van de kerkvorst met Savonarola veel groter waren en sommige auteurs geloven dat Alexander VI Pico (en Poliziano?) toch heeft laten vergiftigen omdat hij daarmee hun vriend Savonarola wilde treffen. Hierbij dient evenwel opgemerkt worden dat de echte vijandschap tussen de paus en de frate pas ontstaan is na Pico’s dood.

Er is ook geopperd dat Giovanni omwille van een familiale erfeniskwestie zou omgebracht zijn. Hij had een groot deel van zijn erfdeel geschonken aan zijn neef en latere biograaf Gianfrancesco, de zoon van zijn broer Galeotto (zie stamboom) en dat was niet in goede aarde gevallen bij zijn andere broer Antonio. Maar dat die daarvoor zou overgegaan zijn tot fratricide lijkt wel wat ver gezocht. Bovendien had dat ook weer niets te zien met de dood van Poliziano.
Giovanni mocht samen met zijn broers de titel van heer van Mirandola en graaf van Concordia voeren, maar voor juridische en bestuurszaken had hij helemaal geen interesse en hij liet zijn familieleden verder ruzie maken over titels en bezittingen.
Graaf Gianfrancesco II di Galeotto heeft in 1496 een boek over zijn oom geschreven, Vita Joannis Pici Mirandulae, waarin hij vooral uitgeweid heeft over de ideeën van Giovanni en enkel vermeld heeft dat hij na 13 dagen hevige koorts en zonder dat enige medicatie kon helpen, is overleden. Over een eventuele vergiftiging wordt in de biografie met geen woord gerept.

Giovanni Pico zou ook vermoord kunnen geweest zijn omwille van een andere erfeniskwestie. Toen hij in zijn testament een deel van zijn bezit had nagelaten aan zijn secretaris Cristoforo di Casalmaggiore  en diens broer Martino, zouden die Pico vermoord hebben om sneller aan hun erfenis te geraken.
Ook in de dagboeken van Pico’s Venetiaanse tijdgenoten Marin Sanuto en Aldo Manunzio wordt Cristoforo di Casalmaggiore  naar voor geschoven als de vermeende dader.
Sanuto schreef dat Cristoforo één van de 5 Medici-aanhangers geweest is die op 22 april 1497 in Firenze gearresteerd werden in verband met een poging van Piero de’ Medici, de oudste zoon van Lorenzo il Magnifico die in november 1494 samen met zijn broers uit Firenze verjaagd was, om in zijn vaderstad opnieuw de macht te grijpen. Vóór zijn onthoofding zou Casalmaggiore volgens Sanuto bekend hebben dat hij Pico vermoord had. Waarom hij die bekentenis gedaan heeft blijft een mysterie want dat heeft hem niet gered van de beul en waarom hij Pico vermoord heeft is ook nog altijd niet duidelijk. Er was natuurlijk de erfeniskwestie, maar soms wordt gezegd dat hij misschien, door hem te doden, zijn meester de vreselijke straf van de kerkelijke inquisitie wilde besparen, die hem wegens zijn “ketterse” ideeën boven het hoofd hing. Die laatste bewering lijkt erg naïef en ook bijzonder ongeloofwaardig.

Casalmaggiore zou het echter ook kunnen gedaan hebben op vraag van Piero de’ Medici, de man die meer en meer als de opdrachtgever van de moord genoemd wordt. In dat geval zal de verknochtheid van Cristoforo aan de Medici (om pecuniaire redenen?) groter geweest zijn dan zijn loyauteit ten opzichte van Pico. Gedurende zijn ballingschap verbleef Piero meestal in Venetië en de 2 plaatselijke dagboekschrijvers zullen hun informatie denkelijk gekregen hebben van iemand uit de Medici-entourage.
Piero lo Sfortunato (de ”onfortuinlijke”), die het steeds moeilijker kreeg om zijn positie als machthebber in Firenze te handhaven, mede door het optreden van Savonarola, had met lede ogen moeten aanzien hoe zijn 2 vroegere vrienden en vertrouwelingen, Pico en Poliziano, de kant van de frate gekozen hadden. Jaloers als hij was, zou het niet verwonderlijk zijn dat hij de 2 “verraders” heeft willen laten ombrengen.

Volgens Rita Mascialino had dezelfde Casalmaggiore ook Poliziano enkele tijd eerder vermoord (dat zou af te leiden zijn uit de geschriften van Aldo Manuzzio) en was het gif met tussenpauzes toegediend om geen argwaan te wekken en om het op de behandeling van syfilis te doen gelijken.
Dat zou dan een verklaring kunnen zijn voor de grote afstand (49 dagen) tussen de data van overlijden van beide mannen. Agnolo Poliziano is gestorven op 29 september en Giovanni Pico pas op 17 november. Piero de’ Medici is samen met zijn broers uit Firenze verjaagd op 9 november en Pico is pas 8 dagen later gestorven. Vermits hij 13 dagen ziek geweest is kan het gif hem al vóór 9 november zijn toegediend. Toen Poliziano ziek werd en gestorven is was Piero nog in Firenze. Maar dat lo Sfortunato zijn vroegere tutor zou hebben laten vermoorden is dan weer niet voor iedereen aanvaardbaar. Er werden in Poliziano’s weinige lichamelijke resten geen grote hoeveelheden arsenicum teruggevonden, zodat er niet met absolute zekerheid kan gesproken worden over opzettelijke vergiftiging.

Fig.3  Epitaffi Giovanni Pico della Mirandola, Girolamo Benivieni & Agnolo Poliziano (San Marco)

Tenslotte kan men alleen maar tot het besluit komen dat (afgaande op het forensisch onderzoek en de Venetiaanse dagboeken) Giovanni Pico della Mirandola vergiftigd is geworden door zijn eigen secretaris Cristoforo di Casalmaggiore en dat dit waarschijnlijk gebeurd is in opdracht van de rancuneuze Piero de’ Medici.  Wellicht is ook Agnolo Poliziano het slachtoffer van opzettelijke vergiftiging geworden, maar daarover bestaat geen forensische zekerheid en kan het zijn dat hij toch aan syfilis gestorven is.
Dat beide mannen omwille van hun geaardheid zijn vermoord geworden is hoogst onwaarschijnlijk en het feit dat Pico en Poliziano zij aan zij in San Marco bijgezet zijn hoeft ook geen bewijs te zijn voor hun gemeenschappelijke doodsoorzaak en kan enkel wijzen op hun vriendschap. Ook de dichter en musicus Girolamo Benivieni, die goed bevriend was met Pico en een groot bewonderaar van Savonarola, is pas veel later in 1542 (toen hij 89 was), in hetzelfde graf terecht gekomen en zijn overblijfselen, die ook onderzocht werden in 2007, vertoonden geen enkel spoor van gif…(zie fig.3).

 

               Stamboom van de familie Pico della Mirandola:

                               Giovanni I Pico (+1451) x Caterina Bevilacqua 
                                                                       |
                                     Gianfrancesco I (1415-67) x Giulia Boiardo
                                    heer van Mirandola en graaf van Concordia
                 ________________________________|_______________________
                 |                                              |                                                             |
          Antonio (1443/4-1501)      Galeotto I (1442-99) x Bianca d’Este       Giovanni (1463-94)      
                                        
_________________________|________
                                        |                                                                |
                           Ludovico I (1472-1509)                           Gianfrancesco II (1470-1533)
                                        |                                                       vermoord door Galeotto II                             
                           Galeotto II (1508-1550)    

JVL

Was Giovanni Pico della Mirandola a victim of syphilis or murder? 

Count Giovanni Pico della Mirandola, the philosopher, humanist and author of the famous 900 theses (on religion, philosophy and magic), died in 1494 at the age of just 31 "in suspicious circumstances" (see fig.1).  As a result of repeated bouts of fever, accompanied by hallucinations and severe pains, he died on November 17, 1494 in Florence (in the monastery of San Marco?). His close friend and kindred spirit, Agnolo Poliziano, had preceded him in the grave on September 29 with similar symptoms. An examination of both of their remains (which are preserved in San Marco) carried out in 2007 by a team led by prof. Girogio Gruppioni revealed that traces of mercury, lead and especially of arsenic were present in Pico's body and to a lesser extent (because there were fewer remains) in Poliziano's body.

Initially, it was believed that both men had both died of syphilis because these substances were also used as medication against this disease. To refute this, it was argued that syphilis (the "French disease") had only been spread in Florence and Italy by the troops of Charles VIII at the end of November 1494, and since Agnolo and Pico had fallen ill earlier, they could not have been infected. But it is known that Pico had already stayed in Paris and Lyon in the 80s and could therefore have contracted the disease even then if he had died of syphilis at all.
However, since the amount of arsenic found in Pico’s body during the forensic examination was far too high for medical treatment, scholars have become more and more convinced that Pico and together with him Poliziano may have been murdered. By whom and why are then the obvious questions.

It was common knowledge that Poliziano and Pico della Mirandola were lovers, and it is perhaps not impossible that their deaths were a consequence of that "forbidden" relationship. The ecclesiastical authorities were strongly opposed to sodomy, but it is unlikely that the Dominicans of San Marco and their prior Girolamo Savonarola had anything to do with the death of both men. Savonarola, who used to preach hell and damnation, called Poliziano a sodomite and proclaimed that Pico had ended up in purgatory (and not in hell!) for "his sin." That was not too bad as a punishment on the part of Savonarola and apparently the frate had  not forgotten that thanks to the intervention of Pico he had been able to return to the monastery of San Marco in 1489. Because of his 900 theses (from 1486) Pico and Savonarola, who had known each other since the early 80s, had had their differences. But eventually their mutual respect had grown and both men had even become friends. The idea that Savonarola would have poisoned Giovanni Pico (and also Agnolo Poliziano) is therefore completely out of the blue.

Pico and Poliziano were both members of the Neoplatonic Academy and perhaps, according to Silvano Vinceti, none other than Marsilio Ficino (the leader of the Academy) was behind the murders. Ficino, who was a priest, argued that platonic love was not sexual and sodomy should be condemned. Apparently Pico and Poliziano were not pleased with that and it is said that they accused Ficino of sorcery and witchcraft which had aroused his enmity. But even then the claim that he killed them for that reason is highly unbelievable. It may of course be feigned, but at Pico’s funeral, Ficino praised him abundantly in his eulogy. The 3 men were immortalized by Cosimo Rosselli in 1486 on a fresco in the church of Sant'Ambrogio. (see fig.2).

There is no evidence at all that Pico and Poliziano were killed because of their sexuality  (homosexuality was not exceptional in Renaissance Florence) and scholars are now more inclined to link the murders to personal grudges and settling scores. 

It is not impossible that Pico was poisoned by a Florentine merchant, who had borrowed a large sum of money from him and who could free himself from his debts in this manner. At least that is what Giovanni Veronesi claimed in his book on the history of the della Mirandola family. The motive was obvious, but who that man was and what that had to do with Poliziano's death is unclear.
That same comment can be made in connection with the story that Pico was murdered on the orders of Giuliano di Mariotto de’ Medici a member of a side branch of the illustrious family.

In May 1486, while on his way to Rome to make his famous Oratio de hominis dignitate (his speech "on the dignity of man" in defense of his 900 theses), Pico enjoyed in Arezzo the hospitality of Giuliano di Mariotto de' Medici, a distant cousin of il Magnifico. When he left for Rome, he would have kidnapped Giuliano's wife Margherita. Whether this was with or without Margherita's permission is not certain, but the offended husband had the couple hunted down and Pico was arrested and badly beaten. At the insistence of il Magnifico, he was taken out of the dungeon and was able to continue his journey to Rome. What happened to Margherita is not known.
However, it is doubtful that Giuliano de' Medici would have had Pico killed 8 years later in 1494, since he himself may have died by then.
The fact that Giovanni was homosexual may not have been an obstacle to a relationship with a woman (bisexuality was no exception at the time), but one can rather give credence to the version that Margherita intended to leave her husband and simply wanted to take the opportunity to travel to Rome in the company and under the protection of Pico. In a letter to his friend Andrea Corneo from Urbino, Pico himself refers to this event, as "the Arezzo incident". 

In March 1487, 13 of Pico's 900 theses were declared heresy by a papal commission, and he hastened to leave Rome. When he sought protection in France, he was arrested at the insistence of Pope Innocent VIII and imprisoned in the castle of Vincennes. Lorenzo de' Medici intervened with King Charles VIII and Pico was soon released and probably escaped the pyre that had already been prepared in Rome.
With the death of il Magnifico in April 1492 Pico lost his great protector, but lucky for him Pope Alexander VI (Rodrigo Borgia) had him declared free of heresy in a bull of June 18, 1493, so that it seemed that he no longer had anything to fear from the pope. It would turn out later that Borgia’s problems with Savonarola were a lot bigger and some authors believe that Alexander VI had Pico (and Poliziano?) poisoned anyway because he actually wanted to hurt Savonarola by killing his friends. It should be notified however that the real struggle between the pope and the frate arose after Pico”s death.   

It has also been suggested that Giovanni was killed because of a family inheritance issue He had given a large part of his heritage to his nephew and later biographer Gianfrancesco, the son of his brother Galeotto (see family tree) and that had not gone down well with his other brother Antonio. But that it would have led to fratricide seems a bit far-fetched and had also nothing to do with Poliziano's death.
Giovanni was allowed to use the title of Lord of Mirandola and Count of Concordia together with his brothers, but he had no interest at all in juridical or administrative affairs and allowed his family members to quarrel further over titles and possessions.Count Gianfrancesco II di Galeotto wrote a book about his uncle in 1496, Vita Joannis Pici Mirandulae, in which he mainly elaborated on Giovanni's ideas and only mentioned that he died after 13 days of severe fever and without any medication being able to help. There is not a word about a possible poisoning in the biography.

Giovanni Pico could also have been killed because of another inheritance issue. In his will he had left part of his belongings to his secretary Cristoforo di Casalmaggiore and the man’s brother Martino, and it is said that the 2 murdered Pico in order to get their part of the inheritance in a faster way.
In their diaries Pico’s Venetian contemporaries Marin Sanuto and Aldo Manuzzio have also put forward Cristoforo as the alleged killer.
Sanuto wrote that Cristoforo was one of the 5 Medici supporters who were arrested in Florence on April 22, 1497 in connection with an attempt by Piero de’ Medici to regain power in his native city. Piero was the eldest son of Lorenzo il Magnifico who had been expelled from Florence together with his brothers in November 1494. According to Sanuto Casalmaggiore had confessed Pico’s murder just before he was beheaded.
Why he made that confession remains a mystery because it did not save him from the executioner and why he killed Pico is also not very clear yet. There was of course the quick inheritance but some say that he wanted by killing him to spare his master the terrible punishment of the ecclesiastical Inquisition, hanging over his head because of his “heretical” ideas. That last statement seems very naïve and also very implausible.

However Casalmaggiore could also have done it at the request of Piero de’ Medici, the man being  more and more mentioned as the instigator of the crime. In that case Cristoforo’s attachment to the Medici (for pecuniary reasons?) would have been greater than his loyalty to Pico. During his exile Piero had spent most of his time in Venice and the 2 local diarists probably got their information from someone from the Medici entourage.

Piero lo Sfortunato (the "unfortunate") who found it increasingly difficult to maintain his position as ruler in Florence, partly due to the opposition of Savonarola, had to watch with sorrow how his 2 former confidants, Pico and Poliziano, had sided with the frate. Jealous as he was, it would not be surprising that he wanted to have the 2 "traitors" killed.

According to Rita Mascialino the same Casalmaggiore had also murdered Poliziano some time earlier, (this could be deduced from the writings of Aldo Manuzzio) and the poison had been administered at intervals in order not to arouse suspicion and to make it resemble the treatment of syphilis. That could explain the large distance between the dates of death of both men (49 days). Agnolo Poliziano died on September 29 and Giovanni Pico on November 17. Piero de’ Medici and his brothers were expelled from Florence on November 9 and Pico died only 8 days later. Since he had been ill for 13 days the poison may have been administered before November 9. When Poliziano became ill and died Piero was still in town. But the fact that lo Sfortunato would have had his former tutor murdered is not acceptable to everyone. Moreover, no large quantities of poison have been found in Poliziano's few bodily remains, so that there is no absolute certainty of deliberate poisoning.

Finally, one can only come to the conclusion that, judging by the forensic investigation and the Venetian diaries, Giovanni Pico della Mirandola was poisoned by his own secretary Cristoforo di Casalmaggiore and that this was probably done at the behest of the resentful Piero de' Medici.
Agnolo Poliziano may also have been the victim of deliberate poisoning but there is no forensic certainty about this and it is still possible that he died of syphilis.
That both men were murdered because of their sexuality is highly unlikely and the fact that they were buried side by side in San Marco does not have to be proof of their common cause of death and can only indicate their friendship. The poet and musician Girolamo Benivieni, who was a good friend of Pico and a great admirer of Savonarola, ended up in the same tomb in 1542 (when he was 89), and his remains, which were also examined in 2007, showed no trace of poison... (see fig.3).

   
Literatuur:

Barenstein, J.               Carta de Giovanni Pico della Mirandola a Andrea Corneo.
                                     In: Circe de classicos y modernos, vol.17, nr.1 (2013).
Borzomi, T.                  La Storia. Rileggendo le frasi ermetiche di Aldo Manunzio.
                                     In: Il Gazettino, 2 aug.2020.
Burks, R.                      Death of a Renaissance Man. In: Chemistry World, juni 2018.
De Pazzis, H & E.        Savonarole. Parijs, 1998.
Gallello, G. e.a.            Poisoning histories in the Italian renaissance.  The case of Pico della
                                     Mirandola and Angelo Poliziano.
                                     In: Journal of forensic and legal medicine, vol.56 (2018).
Jacobelli, J.                  Giovanni Pico-Per cogliere una Margherita.
                                     In: Al Barnardon, 22 mei 2019.
Mascialino, R.              Pico della Mirandola | Secondo Umanesimo Italiano   (2017).
Slatery, L.                     A Renaissance Murder Mystery. In: The New Yorker, 22 juli 2016.
Van Laerhoven, J.         Florentijnse wandelingen, dl. IX (Marsilio Ficino).
                                     Piero de’ Medici “de onfortuinlijke” (1472-1503). Kermt, 2019.
Veronesi, G.                  Quadro Storico della Mirandola e della Concordia. Modena, 1847.
Vinceti, S. e.a.              Pico della Mirandola e l’ombra del servitore. Deliti e misteri del passato.
                                       Milaan, 2008.