Waarom de Pazzi-aanslag van 1478 mislukt is
Waarom de Pazzi-aanslag van 1478 mislukt is.
Ondanks de belangrijkheid van de personen die achter de samenzwering zaten, hun vastberadenheid en hun diepgewortelde haat ten overstaan van de Medici is de aanslag van 26 april 1478 (de 5de zondag na Pasen) in de kathedraal van Firenze toch een mislukking geworden. Protagonisten als paus Sixtus IV, zijn neef Girolamo Riario de graaf van Imola, koning Ferrante van Napels, Federico Montefeltro de hertog van Urbino, aartsbisschop Francesco Salviati en Francesco de‘ Pazzi, de bankier die zijn naam aan het complot gegeven heeft, waren vastbesloten om Lorenzo en Giuliano de’ Medici uit te schakelen. Zij hadden allemaal hun persoonlijke redenen en zij waren ervan overtuigd dat enkel het vermoorden van de 2 broers op hetzelfde moment het resultaat van hun actie moest zijn (zie andere artikels).
Wat ging er verkeerd?:
1. De gedwongen veranderingen in het plannen van het moment van de aanslag:
Met het vasthouden aan de idee om de beide broers op hetzelfde moment te vermoorden moesten er te veel wijzigingen in de plannen gebeuren in een veel te kort tijdspanne.
Toen paus Sixtus IV zijn jonge neef Raffaele Riario een kardinaalshoed gegeven had stuurde hij hem naar Firenze om er door de Medici-broers officieel ontvangen te worden. Riario en bisschop Francesco Salviati verbleven met hun gevolg in Montughi in het Palazzo van de familie Pazzi en toen het ganse gezelschap door de Medici-broers op 25 april werden uitgenodigd op een banket in de Villa Medici van Fiesole besloten de complotteurs om daar hun slag te slaan en de broers te vergiftigen.
Maar toen bleek dat Giuliano wegens ziekte afwezig bleef en de samenzweerders zich daarover zeer ontgoocheld toonden, stelde Lorenzo voor om de volgende dag al (zondag 26 april) af te spreken in Firenze. Na het bijwonen van de mis in de kathedraal, zou dan het ganse gezelschap in het Palazzo Medici de maaltijd gebruiken. Om geen tijd meer te verliezen en in de overtuiging dat Giuliano niet afwezig zou blijven op de misviering besloten de complotteurs om de moorden in de kathedraal te laten gebeuren.
2. De houding van Montesecco en het inschakelen van 2 onhandige moordenaars:
Gian Battista da Montesecco was de pauselijke condottiere die voor het uitvoeren van de aanslag zou zorgen. Terwijl Francesco de’ Pazzi en Baroncelli Giuliano moesten ter dood brengen ging Montesecco zelf Lorenzo voor zijn rekening nemen. Maar toen er besloten was om de moorden te laten plaats vinden in de kathedraal weigerde Montesecco plots een dergelijke daad van heiligschennis te begaan. Ten gevolge van de hoogdringendheid werden er 2 priesters met minder scrupules, Antonio Maffei en Stefano da Bagnone (die stand by waren) ingeschakeld om Lorenzo te vermoorden. Maar terwijl Pazzi en Baroncelli hun doel niet misten (Giuliano kreeg 19 dolksteken) konden de 2 priesters (die weinig ervaring hadden met wapens) Lorenzo enkel maar verwonden aan de hals, zodat de oudste van de Medici-broers bescherming kon zoeken in de sacristie van de kerk en vervolgens kon ontsnappen naar het Palazzo Medici.
3. Het ontbreken van militaire steun ter ondersteuning van hun actie:
Er waren troepen op komst naar Firenze om na de aanslag de situatie onder controle te houden: ca. 2.000 manschappen, verdeeld over 2 legers onder leiding van Lorenzo Giustini en Francesco da Tolentino waren vertrokken vanuit Città di Castello en Imola. Zij waren reeds enkele dagen aan de grenzen van de Florentijnse stadstaat ongeduldig aan het wachten op nieuws over de coup om dan direct naar Firenze op te rukken. Toen zij echter vernamen dat de aanslag mislukt was maakten zij stante pede rechtsomkeer. Angelo Poliziano vermeldt in zijn Commentaar dat “de onzen” (vermoedelijk bedoelde hij de stadsmilities) de vijand hadden teruggedreven. Maar waarschijnlijk hadden de condottieri op eigen houtje hun acties afgebroken of hadden zij de opdracht gekregen om zich terug te trekken bij een eventuele mislukking. Misschien waren Giustini en Tolentino ook niet van plan een confrontatie aan te gaan met het leger van Giovanni Bentivoglio uit Bologna dat in de Mugello in aantocht was om (als enige bondgenoot) de Medici militaire steun te verlenen
.4. De koelbloedigheid van gonfaloniere Petrucci en de vlucht van Montesecco:
De samenzweerders hadden mede door het steeds wisselen van de plaats en het tijdstip van de aanslag weinig aandacht gehad voor de ondersteuning van hun actie in Firenze zelf. Zij hadden er bijvoorbeeld geen rekening mee gehouden dat de in april verkozen gonfaloniere van de Signoria, Cesare Petrucci, een Medici-aanhanger was. Toen Francesco Salviati en Jacopo Bracciolini zich met een escorte van een 20-tal soldaten uit Perugia naar het Palazzo Vecchio begaven om daar een zogezegd bericht van de paus aan het stadsbestuur te overhandigen, kregen zij niet de ontvangst die zij voorzien hadden. Petrucci, die het zaakje niet vertrouwde, liet de Perugianen gevangen zetten door de stadswacht en Salviati en Bracciolini ophangen aan de vensters van het stadhuis. Montesecco, die nochtans krijgsvolk in de stad had rondlopen en de Porta alla Croce bezet hield, bleef (verwonderlijk genoeg) afzijdig en poetste de plaat. Hij werd enkele dagen later opgepakt in een naburig klooster en onthoofd.
Met een gonfaloniere en een aantal priori, die sympathieën voor de Pazzi zouden getoond hebben (al of niet omgekocht), was de hele operatie waarschijnlijk heel anders verlopen, maar dan was het moment van de aanslag afhankelijk geweest van de uitslag van de 2-maandelijkse verkiezingen voor de Signoria en was de timing nog moeilijker geweest.
5. De onverwachte reactie van de Florentijnse bevolking:
De Florentijnen, die door het onophoudelijk klokkengelui naar het centrum kwamen toegestroomd, wisten eerst niet goed wat ze van de aanslag moesten denken; de Pazzi waren in de ogen van het gewone volk geen haar beter dan de Medici en een verandering van bewindvoerders, met wellicht vreemde invloeden, was ook geen goede zaak. Jacopo de’ Pazzi had nog geprobeerd om de bevolking voor zich te winnen door in de straten Popolo é Liberta (“volk en vrijheid”) te laten scanderen, maar die kreten werden overstemd door het Palle, Palle van de Medici-getrouwen. Ten einde raad begaf hij zich naar de Porta alla Croce (die nog in handen was van de mannen van Montesecco) en vluchtte de stad uit.
Die zogezegde spontane pro-Medici reactie van het volk is niet direct op gang gekomen en zeer waarschijnlijk hebben ijverige Medici-aanhangers hierbij een handje geholpen. Onder hun leiding trok de massa naar het Palazzo Medici om er een glimp van Lorenzo op te vangen, nadat die ontsnapt was uit de kathedraal. Daarna richtte de volkswoede zich op de moordenaars. De Pazzi-familie moest het zwaar ontgelden en kon niet rekenen op de hulp van de andere anti-Medici-gezinde families die rustig lieten begaan.
6. Het vasthouden aan de dubbele moord:
Het moeilijk kunnen vinden van een nieuwe datum en een andere locatie had ook alles te maken met de idee om de 2 broers gelijktijdig te vermoorden om een wraakactie van de overlevende te vermijden. Door het afwezig blijven van Giuliano was de planning al stevig in de war gebracht en ook op de dag van de aanslag zelf waren Francesco de’ Pazzi en Bernardo Baroncelli de jongste Medici uit zijn palazzo moeten gaan halen om hem naar de mis te brengen.
Er hadden zich al verscheidene kansen voorgedaan om alleen Lorenzo te doden (o.a.in Fiesole), maar de samenzweerders hadden blijkbaar angst voor de wraak van Giuliano. Ondanks de mening van historicus Francesco Guicciardini valt het toch te betwijfelen of Giuliano na de moord op zijn broer het Medici-bewind zou hebben kunnen voortzetten met de nodige slagkracht en zijn positie zou hebben kunnen handhaven. Met Lorenzo als overlevende Medici waren er voor de samenzweerders echter met zekerheid geen kansen meer. De verkeerde Medici was dood en het complot was mislukt.
Wat als?
Men kan zich nog altijd afvragen wat er zou er gebeurd zijn indien de 2 Medici-broers bij de aanslag zouden omgekomen zijn. Wegens hun jonge leeftijd stond er geen lid van de familie gereed om hen op te volgen: Piero (Lorenzo’s oudste zoon) en Lorenzo (de oudste zoon van Pierfrancesco) waren respectievelijk 7 en 15 jaar oud en Giuliano’s zoon Giulio moest nog geboren worden.
De Pazzi-bank zou de leiding genomen hebben in de financiële wereld en op bestuurlijk gebied konden zij vooral rekenen op de politieke ervaring van Guglielmo (de echtgenoot van Bianca de’ Medici), zijn zonen en zijn broer Giovanni.
Er zou geen Piero lo Sfortunato in 1494 verjaagd zijn geworden, waarschijnlijk ook geen Savonarola verschenen zijn, maar er zou ook geen Giovanni de’ Medici tot paus gekozen zijn. Onder de Pazzi en eventueel andere oligarchische families zou Firenze een stadsrepubliek gebleven zijn en nooit uitgegroeid tot een hertogdom en een groothertogdom. Botticelli, da Vinci en Michelangelo zouden wellicht ook zonder de Medici hun weg gemaakt hebben, want olie drijft altijd boven, maar waarschijnlijk zou de stad haar rol als leidinggevend artistiek centrum in het Italië en Europa van het Cinquecento en Seicento heel snel verloren hebben.
JVL
Why the 1478 Pazzi attack became a failure.
Despite the importance of the people behind the conspiracy, their determination and their deep-seated hatred towards the Medici, the attack of April 26, 1478 (the 5th Sunday after Easter) in the Cathedral of Florence became a failure. Heavyweights such as Pope Sixtus IV, his cousin Girolamo Riario the Count of Imola, King Ferrante of Naples, Federico Montefeltro the Duke of Urbino, Archbishop Francesco Salviati and Francesco de ' Pazzi, the banker who gave his name to the plot, were determined to take out Lorenzo and Giuliano de' Medici. They all had their personal reasons and they were convinced that only killing the two brothers at the same time had to be the result of their action (see other articles).
What went wrong?:
1.The changes in planning the moment of the attack:
Sticking to the idea of killing the two brothers at the same time, too many changes to the plans had to happen in a far too short time frame. When Pope Sixtus IV gave his young cousin Raffaele Riario a cardinal's hat, he sent him to Florence on an official visit. Riario and Bishop Francesco Salviati stayed with their entourage in Montughi in the Palazzo of the Pazzi family and when the entire company was invited by the Medici on Saturday April 25 to a banquet in the Villa Medici in Fiesole the plotters decided to make their move there and poison the brothers.
But it became apparent that Giuliano remained absent due to illness. The conspirators showed themselves deeply disillusioned and Lorenzo suggested a meeting in Florence on the next day (Sunday, April 26). After attending mass in the cathedral, the whole company would then have dinner at the Palazzo Medici. In order not to waste any more time and in the belief that Giuliano would not be absent from the mass celebration, the plotters decided to murder the brothers in the cathedral.
2.The attitude of Montesecco and the clumsiness of his substitutes:
The conspirators had appealed to Gian Battista da Montesecco, a papal condottiere, for the execution of the attack. With him came Bernardo Bandini Baroncelli, an adventurer who was in high debt at the Pazzi bank, and Jacopo di Poggio Bracciolini, the secretary of Cardinal Riario.
Francesco de' Pazzi and Baroncelli had to stab Giuliano to death and Montesecco himself would kill Lorenzo. But when the plans were changed at the last minute and it was decided to let the murders take place in the cathedral, Montesecco refused to commit such an act of sacrilege. As a result of the urgency, two priests with less scruples, Antonio Maffei from Volterra, who wanted to avenge his city for the punishment in 1472 for which Lorenzo was held responsible, and Stefano da Bagnone, the tutor of Jacopo de' Pazzi's daughter, were found willing to take Montesecco’s place. But while Pazzi and Baroncelli did not miss their target (Giuliano received 19 dagger stitches), the two priests (who had little experience with weapons) could only injure Lorenzo at the neck, so that the oldest of the Medici brothers could seek protection in the sacristy of the church and then escape to the Palazzo Medici.
3.The absence of military support:
Troops were on their way to Florence to take control of the situation after the attack: about 2,000 men, spread over two armies led by Lorenzo Giustini and Francesco da Tolentino, had departed from Città di Castello and Imola. Fearing to be noticed, they were waiting impatiently at the borders of the Florentine city-state for news of the outcome of the coup before marching on to Florence, but when they learned that the attack had failed, they withdrew immediately.
Angelo Poliziano mentions in his Commentary that "our men" (presumably he meant the city militias) had driven back the enemy. But it is likely that the condottieri had aborted their actions on their own or had been instructed to withdraw in the event of a failure. Perhaps Giustini and Tolentino were not planning to confront Giovanni Bentivoglio's army from Bologna, coming towards the Mugello to support the Medici.
4.The cold-bloodedness of gonfaloniere Petrucci and the flight of Montesecco:
By constantly changing the plans for the attack there was not enough support for their action from within the city. For example, they had to deal with Cesare Petrucci, a Medici supporter elected in April as the gonfaloniere of the Signoria. When Francesco Salviati and Bracciolini went to the Palazzo Vecchio with and escort of 20 soldiers from Perugia, to hand over a so-called message from the Pope to the city council, they did not receive the reception they had foreseen. Petrucci, who did not trust the matter, had the Perugians imprisoned by the city guard and when he heard the news about the attack he did not hesitate to hang Salviati and Bracciolini from the windows of the town hall. Montesecco, who had 80 soldiers in the city (who were supposed to accompany Cardinal Riario back to Rome) and occupied the Porta alla Croce did not intervene and left the city. He was arrested a few days later in a neighboring monastery and beheaded. With the presence of another Signoria (with bought Pazzi sympathies?) the whole operation would probably have been very different, but then the moment of the attack would have depended on the outcome of the elections and the timing would have been even more difficult.
5. The unexpected reaction of the Florentine population:
The Florentines, who came running to the piazza by the constant ringing of the church bells, were not sure what to think of the attack; in the eyes of the common people the Pazzi were no better than the Medici and a change of governance, with perhaps strange influences, was not a very good thing.
Jacopo de’ Pazzi had tried to gain popular support by shouting out loud Popolo é Libertà (“People and Freedom”) but his cries were drowned out by the “Palle, palle” (“balls”) from the Medici followers. In despair he rode to the Porta alla Croce (still in the hands of Montesecco’s men) and fled the city.
The so-called spontaneous reaction of the people did not started immediately and it is likely that diligent Medici supporters were giving a helping hand. Under their guidance, the crowd went to the Palazzo Medici to catch a glimpse of Lorenzo after he escaped from the cathedral. Then the public anger was unleashed on the killers. The Pazzi had to face the situation on their own because the other anti-Medici-minded families did not lift a finger.
6.Sticking to the double murder:
The idea of killing the two brothers simultaneously (to avoid a revenge attack by the survivor) made it very difficult to find a new location and a new date for the murders. Giuliano’s absence during the banquets had already disturbed the plans and even on the day of the attack itself Francesco de' Pazzi and Bernardo Baroncelli had to get the youngest Medici out of his palazzo and accompany him to the Cathedral. The conspirators had already had several opportunities to kill Lorenzo (f.i in Fiesole) but apparently they feared Giuliano’s revenge. Contrary to Francesco Guicciardini’s opinion it is very doubtful that Giuliano could have continued the Medici regime after the murder of his brother with the necessary thoroughness. With Lorenzo as surviving Medici it was clear that the conspirators had lost all their chances. The wrong Medici was dead and the plot had failed.
What if?
One can still wonder what would have happened if the 2 Medici brothers had been killed during the attack? Because of their young age, no member of the family was ready to succeed them: Piero (Lorenzo's eldest son) and Lorenzo (Pierfrancesco's eldest son) were 7 and 15 years old, and Giuliano's son Giulio was not even born yet.
The Pazzi Bank would have taken the lead in the financial world and in ruling the city they could rely on the political experience of Guglielmo (married to Bianca de’ Medici), his sons and his brother Giovanni.
With both Medici brothers dead there would not have been the ousting of Piero lo Sfortunato in 1494, and probably not the rule of Savonarola, but Giovanni de' Medici would not have been elected pope either. Under Pazzi and possibly other oligarchic families rule, Florence would have remained a republic and never grown into a duchy and a grand duchy. Botticelli, da Vinci and Michelangelo might have made their way without the Medici, because cream rises to the top, but probably the city would have lost very rapidly its role as a leading artistic center in Cinquecento and Seicento Italy and Europe.
Literatuur:
zie andere artikels i.v.m. het Pazzi-complot (see other articles).